What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
W3a1-Duits-08012021
Das Adjektiv = bijvoeglijk nw.
1 / 18
next
Slide 1:
Slide
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
This lesson contains
18 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Das Adjektiv = bijvoeglijk nw.
Slide 1 - Slide
Leerdoel
kunnen
Je kunt de
uitgangen
van het bijvoeglijk naamwoord na een woord uit de
Ein-
groep
toepassen.
Slide 2 - Slide
Wat is een
Adjektiv
?
een Adjektiv = een bijvoeglijk naamwoord. Het bijvoeglijk naamwoord...
zegt iets over een zelfstandig naamwoord;
betreft vaak een
eigenschap
of een
kenmerk;
staat vaak vóór het zelfstandig naamwoord.
Voorbeeld: Mijn oom heeft een
mooie
auto.
Auf Deutsch: Mein Onkel hat ein
schönes
Auto.
Slide 3 - Slide
Ein-Gruppe
Bij de Ein-Gruppe horen de woorden:
ein / kein +
bezittelijke voornaamwoorden
Slide 4 - Slide
Ein-Gruppe
Waarom worden deze samen genomen?
Ze krijgen dezelfde uitgangen
bij de verschillende naamvallen
Slide 5 - Slide
Ein-Gruppe
Hoe ziet dat er dan uit?
mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
meervoud
1e nvl.
ein / mein
ein
e
/ dein
e
ein / sein
ein
e
/ unser
e
4e nvl.
ein
en
/mein
en
ein
e
/ dein
e
ein / sein
kein
e
/ unser
e
Slide 6 - Slide
Nu met bijvoeglijk naamwoord
mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
meervoud
1e naamval
ein groß
er
Tisch
ein
e
blau
e
Jacke
ein klein
es
Haus
kein
e
toll
en
Sachen/
schwarz
e
Schuhe
4e naamval
ein
en
groß
en
Tisch
ein
e
blau
e
Jacke
ein klein
es
Haus
kein
e
toll
en
Sachen/
schwarz
e
Schuhe
Slide 7 - Slide
Hoe leer je dat?
Misschien vind je het zo makkelijker?
Vergelijk met de vormen van ein en van der/die/das
mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
meervoud
1e nvl
-
ER
E E
- ES
E
EN
4e nvl
EN EN
E E
- ES
E
EN
Slide 8 - Slide
Samengevat: Adjektiv na "ein"
Je hoeft dus alleen maar op te letten bij
mannelijk: ein -e
r
(uitgang Adjektiv)
eine
n
-e
n
(uitgang Adjektiv)
vrouwelijk: eine -
e
(uitgang Adjektiv)
onzijdig: ein -e
s
(uitgang Adjektiv)
Slide 9 - Slide
Voorbeeld:
Ein ... groß...
Haus
gefällt mir gut!
=> geslacht van 'Haus' ?
=> naamval van het zinsdeel?
Slide 10 - Slide
Voorbeeld:
=> geslacht van 'Haus' ?
das Haus - onzijdig
=> naamval van het zinsdeel?
onderw. = 1e nvl.
Ein
-
groß
es
Haus gefällt mir!
Slide 11 - Slide
Jetzt du!
Slide 12 - Slide
Ein ... jung... Frau hat uns geholfen.
A
- -e
B
- -es
C
-en -en
D
-e -e
Slide 13 - Quiz
Er trägt meinen blau... Pulli (m).
A
-e
B
-er
C
-en
D
-em
Slide 14 - Quiz
Mein Bruder hat ein gelb...... T-Shirt (0) bekommen.
A
-en
B
-es
C
-e
D
-er
Slide 15 - Quiz
Ein groß..... Mann kaufte ein Eis.
A
-en
B
-e
C
-es
D
-er
Slide 16 - Quiz
Lesdoel bereikt?
Je kunt het uitgangen van het bijvoeglijk naamwoord toepassen.
A
Ja, ik kan het! Ben me zeker!
B
Nee, ik snap het niet!
C
Nog een beetje leren... en dan komt het goed!
D
Ja, ik denk het wel!
Slide 17 - Quiz
Einde
Slide 18 - Slide
More lessons like this
V4 - bijvoeglijk naamwoord
January 2023
- Lesson with
16 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
naamvl.+bijv.nw.
May 2023
- Lesson with
27 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
4 naamvallen ADJEKTIVE TEIL 1 met der- en ein-groep
October 2022
- Lesson with
33 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2,3
H Grammatik [Adjektiv]
September 2024
- Lesson with
16 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
H Grammatik [Adjektiv]
October 2024
- Lesson with
18 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
V4 - bijvoeglijk naamwoord
April 2024
- Lesson with
32 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
naamvl.+bijv.nw.
May 2024
- Lesson with
31 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
naamvl.+bijv.nw.
December 2022
- Lesson with
26 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3