4 havo - H12 - nauwkeurig formuleren

H12 nauwkeurig formuleren
Nauwkeurig formuleren moet.
Als je dit niet doet, blijft je lezer altijd met vragen zitten.

Hij lag op haar schoot en viel in slaap.
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

H12 nauwkeurig formuleren
Nauwkeurig formuleren moet.
Als je dit niet doet, blijft je lezer altijd met vragen zitten.

Hij lag op haar schoot en viel in slaap.

Slide 1 - Slide

4 havo- 9 december
  • Even herhalen: H11 begrijpelijk formuleren
  • instructie H12: nauwkeurig formuleren
  • opdrachten maken
  • instructie spelling
  • oefentoets maken en nabespreken

Slide 2 - Slide

begrijpelijk formuleren
zinslengte
kern bij elkaar
tangconstructie
lijdende vorm
lastige woorden
naamwoordstijl

Slide 3 - Slide

nauwkeurig formuleren

Slide 4 - Slide

Hij lag op haar schoot en viel in slaap.

Slide 5 - Slide

Hij lag op haar, schoot en viel in slaap.

Slide 6 - Slide

'Schiet op jongens!'
'Schiet op, jongens!'
Ik hou van honden eten en Netflix kijken.
Ik hou van honden, eten en Netflix kijken.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Schrijven is als praten met iemand die er niet is.
Beantwoord daarom altijd de volgende vragen wanneer je iets geschreven hebt:
Wie?
Wat?
Waar?
Waarom? Wanneer? Hoe?

Slide 9 - Slide

Wanneer je nauwkeurig wilt formuleren moet je het volgende niet  gebruiken:
  • lege woorden 
  • dubbelzinnigheid 
  • geen ingebouwde beperking 
  • onjuiste verwijzingen

Slide 10 - Slide

lege woorden
vage woorden zonder specifieke betekenis
  •  vaak, jarenlang allerlei, behoorlijk, ding etc. (blz. 77 handboek)

Slide 11 - Slide

dubbelzinnigheid
Woorden met meerdere betekenissen: homoniemen
Wanneer je gebruik maakt van homoniemen, zorg dan dat duidelijk is welke betekenis je bedoelt.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Tieners lopen weg uit instelling, allen terecht
Algemeen Dagblad 14-12-14


Verdachte pakketjes gevonden naast bank.

Slide 15 - Slide

onjuiste verwijzingen
Kies je verwijswoorden zorgvuldig

Slide 16 - Slide

aan de slag
maak opdracht 6,7 en 8 op blz. 77 in je oefenboek

Slide 17 - Slide

aan de slag
oefenblad formuleren

Slide 18 - Slide