Vaste tekststructuren h2

1 / 23
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

a. Leg uit wat een tekststructuur is.

Slide 4 - Open question

b. Welke drie tekststructuren hebben we voor de vakantie besproken?

Slide 5 - Open question

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Bekijk het instructiefilmpje over vaste tekststructuren in je online boek. Hoofdstuk 2 Lezen. 

Slide 9 - Slide

Inleiding: standpunt 

Middenstuk: argumenten 
Inleiding: vraag
Slot: afweging
Middenstuk: verschildende aspecten van het onderwerp
Middenstuk: tegenargumenten
Slot: samenvatting
Middenstuk: antwoorden
Argumentatiestructuur
Aspectenstructuur
Voor- en nadelenstructuur
Vraag- antwoordstructuur

Slide 10 - Drag question

Opdracht
We lezen samen tekst 2 "Oer-Hollands broodbeleg". 

Daarna beantwoord je een aantal vragen. 

Deze vragen bespreken we kort. 

Klaar? Ga aan de slag met de rest van de opdrachten. 

Slide 11 - Slide

Tekst 2: Oer-Hollands broodbeleg

Slide 12 - Slide

[1] Iedereen kent de oer-Hollandse hagelslag. Al decennialang is het een van de populairste soorten broodbeleg. Maar waarom heet het zo?


[2] Ruim een eeuw geleden begon de Amsterdamse dropfabriek Van Voornveld & Co (het latere Venco) witte korrels met een anijssmaak te maken. Naar eigen zeggen kwam directeur B.E. Dieperink op het idee om die zoete korrels ‘hagelslag’ te noemen toen hij het op een gure herfstdag flink zag hagelen – hagelslag was toen alleen nog maar het woord voor ‘neerslag in de vorm van hagel’.

Slide 13 - Slide

[3] De eerste advertenties voor het product verschenen in juli 1908 in De Telegraaf, nadat het publiek de week ervoor al was geprikkeld door advertenties die alleen bestonden uit de mysterieuze tekst ‘Hagelslag?’ Het nieuwe strooisel van anijssuikerkorrels werd gepresenteerd als ‘de nieuwste en fijnste delicatesse voor boterham en beschuit’, te koop bij drogisten en handelaren in fijne etenswaren.


De chocoladehagelslag liet daarna niet lang op zich wachten: in maart 1913 doken daarvoor de eerste advertenties op. Het product werd vervolgens zo populair, dat het de oorspronkelijke witte hagelslag zijn naam ontnam: tegenwoordig denkt iedereen bij hagelslag aan chocoladestrooisel. De witte variant heet nu ‘anijshagel’.

Slide 14 - Slide

[4]
De chocoladehagelslag liet daarna niet lang op zich wachten: in maart 1913 doken daarvoor de eerste advertenties op. Het product werd vervolgens zo populair, dat het de oorspronkelijke witte hagelslag zijn naam ontnam: tegenwoordig denkt iedereen bij hagelslag aan chocoladestrooisel. De witte variant heet nu ‘anijshagel’.



In België komt het woord ‘hagelslag’ voor dit broodbeleg nauwelijks voor; daar gebruikt men meestal ‘chocoladekorrels’ of ‘muizenstrontjes’.

Slide 15 - Slide

[5]
In België komt het woord ‘hagelslag’ voor dit broodbeleg nauwelijks voor; daar gebruikt men meestal ‘chocoladekorrels’ of ‘muizenstrontjes’.

Naar: Laura van Eerten en Raymond Noë (ed.), Waar komt hagelslag vandaan? en nog 99 andere vragen over woorden. Uitgeverij Thomas Rap, Amsterdam 2016

Slide 16 - Slide

1 Wat is het onderwerp van de tekst?

Slide 17 - Open question

Welke structuur heeft de tekst? Leg je antwoord uit.

Slide 18 - Open question

Wat is het doel van de schrijver? Leg je antwoord uit.

Slide 19 - Open question

Wat is het antwoord dat wordt gegeven op de vraag in de inleiding?

Slide 20 - Open question

Waarom heten de anijskorrels nu geen hagelslag meer?

Slide 21 - Open question

Heeft deze tekst een slot? Leg uit.

Slide 22 - Open question

Slide 23 - Slide