portret tekenen

• Beeldende vorming
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 3

portret tekenen

Aan het eind van deze lessen

• kun je een gezicht schematisch in de juiste verhoudingen tekenen
• kun je een gezicht tekenen met jongensachtige gelaatstrekken en één met meisjesachtige gelaatstrekken
  
• weet je hoe je plasticiteit kunt aanbrengen in een portrettekening 
• ken je de begrippen: 'en face', 'en trois quart', 'en profil'
• Kun je een zelfportret tekenen

Je maakt 5 opdrachten in je dummy om te oefenen met portrettekenen. Daarna maak je een zelfportret op een groot tekenvel. 

Let op de verhoudingen, bijv. de oogbreedte is een vijfde van de breedte van het gezicht. Zie volgende filmpje.

Opdracht 1

Teken een portret schema in je dummy met de juiste verhoudingen. Dat doe je in stappen en met gebruik van hulplijnen. Het gaat erom dat je de juiste verhoudingen kent en kunt toepassen. Je docent legt op het bord uit hoe het moet. Je kan ook gebruik maken van het filmpje op de volgende slide als instructie.

Opdracht 2

Als je eerste portret schema klaar is, teken je nog een keer een portret in je dummy. Het ene portret geef je mannelijke gelaatstrekken, en het andere geef je vrouwelijke gelaatstrekken

Opdracht 3

Je gaat een oog, neus en mond leren tekenen. Op de volgende 3 filmpjes zie je hoe een neus, mond en oog worden getekend. Je bekijkt elk filmpje en doet nauwkeurig na wat de tekenaar doet. Zet steeds het filmpje stil om een stukje te kunnen (na) tekenen. Als het niet naar je zin gaat doe je het nog eens. Niets doorkrassen. Hoe meer je oefent hoe beter. 

Opdracht 4

Je gaat één van de portretten die je in je dummy hebt getekend plastisch maken, door met grijstinten schaduw toe te voegen.

In de volgende slides wordt uitgelegd wat plasticiteit betekent.

Plasticiteit is het suggereren dat een object ruimtelijk, driedimensionaal, is door het toevoegen van schaduwen en highlights.

Hoe maak ik mijn tekening plastisch?

Als je iets tekent bestudeer je hoe het licht op een object valt. Je kijkt heel goed! Waar is je object het donkerst (imiteer dit door schaduw toe te voegen) en waar valt het licht het sterkst op (boots dit na met highlights).

Opdracht 5

Je hebt 2 keer een gezicht en face getekend in je dummy. Schets nu in je dummy een gezicht en trois quart, en een gezicht en profil. Gebruik de tekeningen hiernaast als voorbeeld.

en face

en profil

en trois quart

Hierna kun je 2 filmpjes bekijken ter inspiratie voor je met je zelfportret begint.

Je tekent wat je ziet op de foto.

Je tekent niet wat je denkt maar wat je ziet!

Let op verhoudingen en teken voor jou kenmerkende details. Let ook op plasticiteit. 

Gebruik een 2B potlood om licht-donker contrast te maken.

Eindopdracht

Maak een zelfportret 

Succes!

Het gaat je lukken!