Luister naar je leraar en doe wat je leraar zegt.
Niet duwen, trekken of rennen in het lokaal.
Niet eten of drinken in het lokaal.
Leg geen tas of andere spullen waar mensen moeten lopen.
Draag een veiligheidsbril als dat nodig is.
Bind lang haar in een staart als je met vuur werkt.
Werk altijd voorzichtig, vooral met scheikundige stoffen.
Ruik alleen voorzichtig aan onbekende stoffen.
Proef nooit van stoffen.
Als er iets fout gaat, dan moet je meteen je leraar waarschuwen.
• de brandblusser
• de branddeken
• de oogdouche of oogwasfles
• de nooddouche
• de nooddeur
• de noodstop