Les 1 Thema 3 -hoofdstuk 1: moeilijke woorden

Via vooraf thema 3 Natuur
hoofdstuk 1
Moeilijke woorden
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 1

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Via vooraf thema 3 Natuur
hoofdstuk 1
Moeilijke woorden

Slide 1 - Slide

Voor deze les is het nodig het knipblad van thema 3 te kopiëren voor leerlingen.
Dat is blz 333 en 335 van het boek.
Doel van deze les
Aan het einde van deze les:

Ken je de moeilijke woorden en de betekenis van de moeilijke woorden van thema 3

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

procesdoel / competentie



Ik luister goed naar de uitleg en begrijp de instructie.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Start
Blz 75 en 76

We lezen en bespreken de moeilijke woorden en hun betekenissen

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

de afvalscheiding

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

biologisch

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

het klimaat

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

het landschap

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

het milieu

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

de natuur

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

de oceaan

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

recyclen

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

het seizoen

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

uitsterven

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

de vervuiling

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

oefenen van de woorden

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

welk woord past het beste bij het plaatje?
A
het landschap
B
het seizoen
C
het milieu
D
de natuur

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Welk woord past het beste bij het plaatje?
A
biologisch
B
afvalscheiding
C
het milieu
D
het landschap

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Welk woord:
Het apart inzamelen van afval

Slide 19 - Open question

This item has no instructions

Welk woord past bij deze betekenis?
"het soort weer dat bij een land of gebied hoort."

A
Natuur
B
Milieu
C
Klimaat
D
Weer

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Welke woord past bij het plaatje

Slide 21 - Open question

This item has no instructions

Welk woord past bij deze betekenis?
"Opnieuw gebruiken"

Slide 22 - Open question

This item has no instructions

zelfstandig werken
Wat: maak opdracht 2-3 en 4 in je boek.

Hoe: zelfstandig. Heb je een vraag? Vraag hulp.

Resultaat: je kent de betekenis van de moeilijke woorden en je hebt goed gewerkt.

Klaar: rustig verder werken in studiemeter

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Evaluatie
Productdoel: ik ken de betekenis van de moeilijke woorden.

Procesdoel: ik heb goed geluisterd naar de uitleg en de instructie begrepen.

Slide 24 - Slide

This item has no instructions