herhaling 1.4 aan het werk deel van 1.3

Herhaling
1.4  &  een deel uit 1.3 

1 / 18
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Herhaling
1.4  &  een deel uit 1.3 

Slide 1 - Slide

Planning
Herhaling. 
Aan het werk 
Nabespreken

Slide 2 - Slide

Drie beroepssectoren  ?
  • ............sector 
  • ..........sector
  • ......sector 
1.4 aan het werk

Slide 3 - Slide

Landbouw
Primaire sector
Industrie
Secundaire sector
Diensten
Tertiaire sector

Slide 4 - Slide

Primaire sector
Arbeidsintensief:  hard werken en veel mensen nodig om het werk te doen. 
Landbouw (akkerbouw & veeteelt
Mijnbouw
Visserij

Slide 5 - Slide

Arbeidsintensief
In de primaire sector werken vaak mensen met een laag inkomen
Ontwikkelingslanden (landen met lagere inkomens)

Slide 6 - Slide

Secundaire sector
In de secundaire sector worden producten gemaakt van grondstoffen
Voorbeeld:   Bomen --> planken --> meubels.
                          IJzererts --> staal --> autodeur
                          Katoenpluis --> lappen stof --> kleding


Kapitaal intensief:  om producten te kunnen aanschaffen en produceren is er veel geld/kapitaal nodig. 
                


Slide 7 - Slide

 Secundaire sector
Dit zijn alle bedrijven die grondstoffen van de primaire sector  gebruiken om er producten van te maken. 

voorbeelden:
- Industrie
- Bouw, houtbewerker, goudsmid

Slide 8 - Slide

Grondstoffen 
Haal je grondstoffen uit natuur? primaire sector 
Verwerk je grondstoffen tot product? secundaire sector 

Slide 9 - Slide

Tertiaire sector 

Diensten, iets doen voor een ander. 
Kennis is hierbij belangrijk. 

kenniseconomie: land waar kennis wordt gebruikt om moderne producten worden gemaakt of geleverd.   

Slide 10 - Slide

energiebronnen/brandstof
'Van energiebron/brandstof naar energie'
Hier zijn verschillende soorten  energiebronnen voor nodig. 

Slide 11 - Slide

Van brandstof naar elektriciteit

Om energie op te wekken, zijn er energiebronnen/brandstof nodig.

Energie = de kracht die dingen laat werken. Een belangrijke soort energie is elektriciteit.

Slide 12 - Slide

DELFTSTOFFEN :  Energiebronnen/grondstof in de bodem die nuttig is voor de mens
Steenkool ---> energiebronnen in fabrieken, elektriciteit
Aardgas ----> elektriciteit 
Aardolie ----->  energiebron voor voertuigen.

De vorming van deze energiebronnen duurt heel erg lang duizenden tot miljoenen jaren. 
Belangrijk dat we er dus zuinig mee omgaan.

Slide 13 - Slide

Het opgraven van  energiebronnen
Er zijn 2 typen mijnbouw:

  1. dagbouw = delfstoffen liggen aan het oppervlak: je kunt ze aan de open lucht opgraven. 
  2. schachtbouw = delfstoffen zitten dieper in de bodem: je moet ze uitgraven via een mijn. 

1
2

Slide 14 - Slide

Vestigingsplaatsfactor
De reden voor een bedrijf om zich op een bepaalde plek te vestigen. 

Bijvoorbeeld : In China.. vanwege de lage lonen. 

Slide 15 - Slide

Waarom daar?  Vestigingsplaatsfactoren
    
De redenen waarom een bedrijf zich op een bepaalde plaats vestigt  zijn: 

  • in de buurt van de grondstoffen ( vroeger belangrijker dan nu)
  • land met lage lonen ( nu )
  • In de buurt van jouw klanten
  • Op een goede bereikbare plek

Slide 16 - Slide

Zelfstandig werken
Maken opdracht 1 t/m 9
Blz 31 t/m 35
Klaar? Herhaling Blz 29 

Slide 17 - Slide

Proefwerk volgende week

Wat zal er getoetst worden?

1.3 Waar komen grondstoffen vandaan
1.4 Aan het werk. 

Slide 18 - Slide