Pak je mobiel in het zakkie en doe het in je rugzak/tas.
Wacht rustig tot de les begint.
Slide 2 - Slide
Heute
Am Ende dieser Stunde ...
... weet ik de 3e en 4e naamval von der 'der-Gruppe'.
... weet ik de 3e en 4e naamval von der 'ein-Gruppe'.
... kan ik der 3e en 4e naamval der 'der-Gruppe' en der 'ein-Gruppe' gebruiken.
Slide 3 - Slide
Agenda
Terugblik PTO 2
Profielboekjes (gestuurd via Magister)
Profielkeuzeformulier invullen
Wiederholung: Wortschatz
Benutzt eure JDW-Mappe und übersetzt die Wörter ins Deutsche.
de training
de klimhal
de ingang
de uitgang
het bioscoop
de voetbalwedstrijd
het weekend
das Training
die Kletterhalle
der Eingang
der Ausgang
das Kino
das Fußballspiel
das Wochenende
Slide 4 - Slide
der-Gruppe: 3. und 4. Fall
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Welke lidwoorden heb je in het Duits?
der (m)
die (v)
das (o)
die (mv)
Slide 7 - Slide
Profielkeuzeformulier
Aufgabe 18, Seite 26
die
Der
Das
Die/ die
das
Der
Die
Slide 8 - Slide
der- Gruppe
De lidwoorden der/die/das worden ook vervoegd. Deze worden in de derde en vierde naamvalanders vervoegd.
Slide 9 - Slide
Agenda
Terugblik PTO 2
Profielboekjes (gestuurd via Magister)
Profielkeuzeformulier invullen
Grammatik A, Seite 27
Slide 10 - Slide
der-Gruppe
m
v
o
mv
1
der Mann
die Frau
das Kind
die Kinder
3
demMann
derFrau
demKind
denKindern
4
denMann
die Frau
das Kind
die Kinder
Slide 11 - Slide
Profielkeuzeformulier
Stappenplan
1) Welk woord moet je vertalen? 2) Wat is de vertaling van dat woord? 3) Staat het woord in de DER- of de EIN-groep? 4) Welke naamval moet je gebruiken?
Lesson duration is: 70 min
