What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Herhalen ontleden, gez,pv,ow,lv, mw, bijv.bep
Wat is het gezegde.
1 / 19
next
Slide 1:
Mind map
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
This lesson contains
19 slides
, with
interactive quizzes
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Wat is het gezegde.
Slide 1 - Mind map
Hoe vind je de persoonsvorm?
Slide 2 - Mind map
Alle kinderen vinden de persoonsvorm in deze zin.
De persoonsvorm is:
A
kinderen
B
vinden
C
persoonsvorm
D
deze
Slide 3 - Quiz
Wat is de persoonsvorm?
- Waarom wandelt Kees de avondvierdaagse?
A
Waarom
B
Er is geen persoonsvorm.
C
wandelt
Slide 4 - Quiz
Is de persoonsvorm altijd een werkwoord?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 5 - Quiz
De baby wordt groot.
A
werkwoordelijk gezegde
B
naamwoordelijk gezegde
Slide 6 - Quiz
hoe vind je het onderwerp?
Slide 7 - Open question
Hoe heet het belangrijkste werkwoord uit de zin?
A
doewoord
B
persoonsvorm
C
onderwerp
D
lidwoord
Slide 8 - Quiz
Wie heeft mijn scooter gerepareerd?
mijn scooter =
A
onderwerp
B
meewerkend voorwerp
C
lijdend voorwerp
Slide 9 - Quiz
Noem het onderwerp: De jongen heeft geen zin in school.
A
zin
B
de jongen
C
geen
D
heeft
Slide 10 - Quiz
Wat is het onderwerp uit deze zin:
Ik loop naar beneden.
A
ik
B
naar
C
loop
D
beneden
Slide 11 - Quiz
In elke zin staat een lijdend voorwerp
A
juist
B
onjuist
Slide 12 - Quiz
Wat is in de volgende zin het lijdend voorwerp?
- de postbezorger overhandigde de klant de bestelling
A
De postbezorger
B
De bestelling
C
De klant
D
Er is geen lijdend voorwerp
Slide 13 - Quiz
Wat is een bijwoordelijke bepaling?
Slide 14 - Mind map
Wat is de bijwoordelijke bepaling: Met deze auto wil ik rijden
A
ik
B
rijden
C
wil
D
met deze auto
Slide 15 - Quiz
Een bijwoordelijke bepaling geeft antwoord op vragen die beginnen met:
A
wanneer, waar, hoe, hoeveel, waarheen, waarom, waardoor, waarmee
B
wie, wat, welke
Slide 16 - Quiz
Benoem de zinsdelen - Waarom wil mijn oma altijd [een zoen] hebben?
A
Onderwerp
B
Lijdend voorwerp
C
Meewerkend voorwerp
D
Bijwoordelijke bepaling
Slide 17 - Quiz
Benoem de zinsdelen - [Gisteren] werd de kampioen gehuldigd op het stadhuis.
A
Onderwerp
B
Lijdend voorwerp
C
Meewerkend voorwerp
D
Bijwoordelijke bepaling
Slide 18 - Quiz
Benoem de zinsdelen - Loop volgend jaar [de marathon van New York].
A
Onderwerp
B
Lijdend voorwerp
C
Meewerkend voorwerp
D
Bijwoordelijke bepaling
Slide 19 - Quiz
More lessons like this
Bijwoordelijke bepaling
May 2022
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 2
1HV - grammatica t/m bwb
13 days ago
- Lesson with
26 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1,2
Herhalen ontleden, gez,pv,ow,lv, mw, bijv.bep
June 2019
- Lesson with
36 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
Herhalen ontleden, gez,pv,ow,lv, mw, bijv.bep
September 2022
- Lesson with
36 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1,2
Herhalen ontleden, gez,pv,ow,lv, mw, bijv.bep
January 2023
- Lesson with
47 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1,2
Herhalen ontleden, gez,pv,ow,lv, mw, bijv.bep
March 2023
- Lesson with
39 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1,2
Herhalen ontleden, gez,pv,ow,lv, mw, bijv.bep
April 2022
- Lesson with
33 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1,2
Zinsdelen: alle zinsdelen van jaar 1 (ow, wg, lv, mw, bwb)
January 2023
- Lesson with
41 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1,2