Tekstverbanden / mening & argument

en signaalwoorden
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 4

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

en signaalwoorden

Slide 1 - Slide

Wat valt je op aan deze zinnen?
1) We gaan die lange wandeling niet maken. Ten eerste ben ik moe van de reis en ten tweede is het pad door de regen in een modderpoel veranderd.

2) Aan de ene kant heb ik zin om te skiën maar aan de andere kant wil ik snowboarden.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Tekstverbanden en signaalwoorden

Het verband in een zin, tussen zinnen of tussen alinea's.

Slide 4 - Slide

Welke tekstverbanden zijn er?
- Opsomming
- Tegenstelling
- Oorzaak - gevolg
- Reden, verklaring

Slide 5 - Slide

Welke signaalwoorden horen daarbij???

Opsomming: Ten eerste, bovendien, vervolgens, daarna,       
                           ook, en

Tegenstelling: Maar, echter, daarentegen

Oorzaak - gevolg: Doordat, waardoor, daardoor

Reden, verklaring: Daarom, omdat, want, immer

 

Slide 6 - Slide

Maak de zin af: Ik hou van pizza en

Slide 7 - Open question

Maak de zin af: Ik ga nieuwe kleding kopen, maar...

Slide 8 - Open question

Maak de zin af: Het lijkt me niet saai, integendeel ...

Slide 9 - Open question

Maak de zin af: We willen gaan surfen, dus ...

Slide 10 - Open question

Tegenstelling

Reden, verklaring
Maar

Toch
Daarentegen
Daarom

Want
Omdat

Slide 11 - Drag question

Opsomming
Oorzaak-gevolg
Daarnaast

Ook
Vervolgens
Doordat

Waardoor
Daardoor

Slide 12 - Drag question

Mijn band is lek, daarom ga ik met de bus naar school.
A
Opsomming
B
Oorzaak-gevolg
C
Tegenstelling
D
Reden, verklaring

Slide 13 - Quiz

In de dierentuin heb ik veel dieren gezien. Eerst zagen we flamingo's en daarna de pinguïns.
A
Opsomming
B
Oorzaak-gevolg
C
Tegenstelling
D
Reden, verklaring

Slide 14 - Quiz

Ik eet veel groente, maar spruitjes vind ik niet lekker.
A
Opsomming
B
Oorzaak-gevolg
C
Tegenstelling
D
Reden

Slide 15 - Quiz

Mijn oom stond in de file, daardoor kwam hij te laat.
A
Opsomming
B
Oorzaak-gevolg
C
Tegenstelling
D
Reden, verklaring

Slide 16 - Quiz

Het hotel was geweldig. De bedden lagen heerlijk en we hadden mooi uitzicht.
A
Opsomming
B
Oorzaak-gevolg
C
Tegenstelling
D
Reden, verklaring

Slide 17 - Quiz

Ik ga naar de voorstelling, omdat ik de muziek geweldig vind.
A
Opsomming
B
Oorzaak-gevolg
C
Tegenstelling
D
Reden, verklaring

Slide 18 - Quiz

Signaalwoorden

Slide 19 - Mind map