This lesson contains 4 slides, with interactive quiz and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Worksheets
Items in this lesson
Geschiedenis
Wie heeft graaf Willem vermoord?
Slide 1 - Slide
Tijd van Steden en Staten (1000-1500)
In het wit zie je een stadspoort. Ging je in de Middeleeuwen een stad binnen, dan moest je door de stadspoort. In veel steden werd een hoge en prachtig versierde kerk gebouwd. Op de achtergrond zie je de binnenkant van zo’n kerk.
Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga
Slide 2 - Slide
Het is het jaar 1189, bij de Gelderse stad Zutphen. Het is vroeg in de ochtend. Boer Dirk loopt naar de stal van zijn heer, graaf Willem van Gelre. Naast de stal staat een onbekende paardenwagen, die er de vorige dag nog niet stond. Die is vast niet in het dorp gemaakt, denkt Dirk. Dan schrikt hij. Hij ziet iets verschrikkelijks. Dirk rent naar zijn hutje en haalt zijn vrouw erbij. Graaf Willem hangt aan een touw dat om de balk is geknoopt. Hij is dood!
Slide 3 - Slide
Stap 1
De dader
‘Doordat de boeren meer leren over landbouw, groeit de bevolking. Er komen dus meer mensen.’
Gravin Mathilde, Willems vrouw
1
‘Wij werken graag voor graaf Willem, want hij beschermt ons bij gevaar.’
Boer Dirk
2
‘Doordat we betere werktuigen hebben en mest gebruiken, brengen onze akkers meer op.’
Boer Frans
3
‘Nu mijn vader dood is, ben ik de baas over zijn gebied.’
Otto, de oudste zoon van graaf Willem
4
‘Als we eindelijk stadsrechten krijgen, kunnen we zelf het bestuur van onze stad regelen.’
Floris, gildebaas in Zutphen
5
‘Het wordt moeilijker om te overleven, want we moeten meer belasting betalen aan graaf Willem.’
Boer Frederik
6
‘Ik heb geprobeerd om bij graaf Willem stadsrechten te kopen, maar hij weigerde. Zijn zoon Otto wil ons wel stadsrechten verkopen. Nu Willem dood is, kunnen we met Otto gaan onderhandelen.’
Floris, gildebaas in Zutphen
7
‘Toen mijn vader nog leefde, kreeg ik nooit geld hem. En ik had juist veel geld nodig voor mijn feesten in de stad!’
Otto, de oudste zoon van graaf Willem
8
‘Door de verbeteringen in de landbouw hoeft niet iedereen meer boer te zijn. Daardoor komen er nieuwe beroepen.’
Timmerman Henk
9
‘Als edelman kon mijn vader Zutphen stadsrechten verkopen, maar dat wilde hij niet. Ik wil dat wel, want dan verdien ik lekker veel geld.’
Otto, de oudste zoon van graaf Willem
10
‘De zoon van graaf Willem, Otto, heeft beloofd dat hij de belastingen zal verlagen als hij graaf van het gebied is.’
Boer Frederik
11
‘Graaf Willem heeft veel grond gekocht, waardoor de boeren steeds harder moeten werken. Dat vind ik heel vervelend.’
Boer Frederik
12
‘De boeren gaan met hun oogst naar de markt. Daar verkopen ze wat ze zelf niet nodig hebben. Ook kopen ze producten van de ambachtslieden.‘
Timmerman Henk
13
‘Ik wil graag een échte stad maken van Zutphen. Daar hebben we stadsrechten voor nodig.
Floris, gildebaas in Zutphen
14
‘Graaf Willem denkt alleen maar aan zichzelf. Hij denkt niet aan de belangen van ons, de boeren.’
Boer Frederik
15
‘Graaf Willem is een goed christen, en een vriendelijke en eerlijke man.’