3. Oefenen voor het SO

1 / 28
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Voorstellen in het Spaans
Hoy en la clase de español
  • ¡Vamos a hablar!
  • Repaso tarea 1
  • Aprender aprender


Leerdoel: 
Ik kan in het Spaans iemand begroeten en afscheid nemen.
Ik kan in het Spaans iemands naam vragen en zeggen.
Ik kan tot 10 tellen.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

¡Vamos a hablar!

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel: Begroeten
Sleep het Spaanse woord naar de Nederlandse vertaling. 
doei
goedemorgen
hallo
tot ziens
goedenavond
goedemiddag
hola
buenos días
buenas tardes
buenas noches
adiós
hasta luego

Slide 4 - Drag question

This item has no instructions

Leerdoel: Begroeten
Sleep het luisterfragment naar het juiste Spaanse woord. 
adios
buenos días
hola
hasta luego
buenas noches
buenas tardes

Slide 5 - Drag question

This item has no instructions

Leerdoel: Begroeten
Sleep het Nederlandse woord naar de juiste Spaanse vertaling. 
hola
buenas noches
buenos días
adiós
buenas tardes
hasta luego
goedemorgen
hallo
tot ziens
doei
goedemiddag
goedenavond

Slide 6 - Drag question

This item has no instructions

Leerdoel: Begroeten
Sleep het luisterfragment naar de juiste Nederlandse vertaling.
doei
goedemorgen
hallo
tot ziens
goedenavond
goedemiddag

Slide 7 - Drag question

This item has no instructions

Leerdoel: Begroeten
Sleep het Spaanse woord naar de Nederlandse vertaling. 
Hoe gaat het?
tot morgen
Hoet gaat het met u?
tot snel
Hoe gaat het met jou?
hasta mañana
hasta pronto
¿Qué tal?
¿Cómo estás?
¿Cómo está?

Slide 8 - Drag question

This item has no instructions

Leerdoel: Begroeten
Sleep het luisterfragment naar het juiste Spaanse woord. 
¿Qué tal?
hasta pronto
¿Cómo está?
hasta mañana
¿Cómo estás?

Slide 9 - Drag question

This item has no instructions

Leerdoel: Begroeten
Sleep het Nederlandse woord naar de juiste Spaanse vertaling. 
¿Cómo estás?
hasta pronto
¿Qué tal?
¿Cómo está?
hasta mañana
tot snel
Hoe gaat het?
tot morgen
Hoe gaat het met jou?
Hoe gaat het met u?

Slide 10 - Drag question

This item has no instructions

Leerdoel: Begroeten
Sleep het luisterfragment naar de juiste Nederlandse vertaling. 
Hoe gaat het?
tot snel
Hoe gaat het met u?
tot morgen
Hoe gaat het met jou?

Slide 11 - Drag question

This item has no instructions

Leerdoel: Begroeten
Sleep het Spaanse woord naar de Nederlandse vertaling. 
heel slecht
heel goed
goed
slecht
het gaat wel
muy bien
bien
regular
mal
fatal

Slide 12 - Drag question

This item has no instructions

Leerdoel: Begroeten
Sleep het luisterfragment naar het juiste Spaanse woord. 
regular
muy bien
fatal
bien
mal

Slide 13 - Drag question

This item has no instructions

Leerdoel: Begroeten
Sleep het Nederlandse woord naar de juiste Spaanse vertaling. 
regular
mal
fatal
muy bien
bien
slecht
goed
heel goed
het gaat wel
heel slecht

Slide 14 - Drag question

This item has no instructions

Leerdoel: Begroeten
Sleep het luisterfragment naar de juiste Nederlandse vertaling.
het gaat wel
heel goed
heel slecht
goed
slecht

Slide 15 - Drag question

This item has no instructions

En jij?
Ik ben
Hoe heet u?
Ik heet
En u?
Hoe heet jij?
¿Cómo te llamas?
¿Y usted?
Me llamo
¿Y tú?
¿Cómo se llama?
Yo soy

Slide 16 - Drag question

This item has no instructions

¿Cómo se llama?
¿Y tú?
Yo soy
Me llamo
¿Y usted?
¿Cómo te llamas?
En u?
Ik heet
Ik ben
Hoe heet u?
Hoe heet jij?
En jij?

Slide 17 - Drag question

This item has no instructions

Maak kloppende zinnen door de woorden naar de vakjes te slepen.  De woorden die je niet gebruikt sleep je naar de prullenbak. 
¿
soy
llamas
se
te
?
cómo

Slide 18 - Drag question

This item has no instructions

Maak kloppende zinnen door de woorden naar de vakjes te slepen.  De woorden die je niet gebruikt sleep je naar de prullenbak. 
¿
soy
llamas
se
yo
?
llamo

Slide 19 - Drag question

This item has no instructions

Maak kloppende zinnen door de woorden naar de vakjes te slepen.  De woorden die je niet gebruikt sleep je naar de prullenbak. 
¿
soy
llamas
se
llama
?
cómo

Slide 20 - Drag question

This item has no instructions

Maak kloppende zinnen door de woorden naar de vakjes te slepen.  De woorden die je niet gebruikt sleep je naar de prullenbak. 
me
soy
se
llamo
cómo

Slide 21 - Drag question

This item has no instructions

Listo? Al klaar?
Maak opdracht 1.2 op pagina 12 in je Spaans module.

Je hebt de module opgeslagen op je Notebook. 
De module heet: ¿Quién soy yo?

Je maakt de opdracht in je schrift. 

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Leren leren

Slide 23 - Mind map

This item has no instructions

Slide 24 - Link

This item has no instructions

¡Vamos a escuchar!
Wat heb ik nodig?
  • Het filmpje op de volgende pagina
  • Schrift en een pen 

Wat ga ik doen?
  1. Beluister het filmpje op de volgende pagina. 
  2. Noteer zoveel mogelijk Spaanse woorden die je hoort in het filmpje. 
  3. Schrijf achter de woorden wat je denkt dat ze betekenen. 
  4. Na het filmpje controleer je jouw antwoorden. Heb je veel Spaanse woorden kunnen ontcijferen? 

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Slide 26 - Video

This item has no instructions

Nakijkblad fimpje
1. Aeropuerto vliegveld
2. Animal dier
3. Artista artiest
4. Astronauta astronaut
5. Bicicleta fiets
6. Catedral kathedraal
7. Celebración viering
8. Chocolate chocolade
9. Concierto concert
10. Construcción constructie
11. Desierto woestijn
12. Elefante olifant
13. España Spanje
14. Estación de tren treinstation
15. Estados Unidos Verenigde Staten
16. Europa Europa
17. Examen perfecto Perfect examen
18. Familia familie
19. Fiesta feest
20. Foto foto


21. Fútbol voetbal
22. Helicóptero helicopter
23. Hipopótamo nijlpaard
24. Historia verhaal/geschiedenis
25. Hospital ziekenhuis
26. Hotel hotel
27. Información turística
       toeristeninformatie
28. Introducción introductie
29. Islas eilanden
30. Jirafas giraffen
31. Maquinas machines
32. México Mexico
33. Minuto minuut
34. Monumento monument
35. Museo museum
36. Música muziek



37. Noviembre november
38. Oficina kantoor
39. Paella paella
40. Palacio paleis
41. Parque park
42. Pasaporte paspoort
43. Policía politie
44. Restaurante chino
 Chinees restaurant
45. Taxi taxi
46. Teatro theater
47. Teléfono telefoon
48. Televisión televisie
49. Tomate tomaat
50. Turistas toeristen

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

¿Qué tal la clase de español?
😒🙁😐🙂😃

Slide 28 - Poll

This item has no instructions