Argumenteren les 4

1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 17 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Let op:
Dinsdag 6 juni:         toets Frans tijdens Nederlands

Donderdag 15 juni: Nederlands wordt Frans

Vrijdag 16 juni:          toets Nederlands tijdens Frans

Slide 2 - Slide

Wat gaan we doen?
-terugblik
-nakijken opdracht 3
-schrijfopdracht
-argumentatiestructuur
-extra oefening

Slide 3 - Slide

Lezen + Argumenteren
Dit moet je kunnen:
  • hoofdgedachte benoemen
  • hoofd- en bijzaken onderscheiden
  • tekstverbanden benoemen
  • bronnen op betrouwbaarheid beoordelen
  • feit, mening standpunt, argument, tegenargument, weerlegging herkennen en benoemen
  • argumentatieschema maken
Afsluitende leestoets
do 15 juni

Slide 4 - Slide

Argumenteren

Slide 5 - Slide

Terugblik
  • argumenten, tegenargumenten, weerleggingen
  • argumentatiestructuren
  • argumentatieschema's
  • drogredenen

Slide 6 - Slide

Argumenteren 
Als je je standpunt ondersteunt met een feitelijke uitspraak, noem je die uitspraak een feitelijk argument.

Als je je standpunt ondersteunt met een waarderend argument geef je aan dat je iets (on)wenselijk, (on)gepast, goed of slecht, mooi of lelijk vindt.

Slide 7 - Slide

Argumentatiestructuren

Slide 8 - Slide

Bij enkelvoudige argumentatie onderbouw je je standpunt met één argument.

 HET WAS EEN LEUKE LES 

DE DOCENT WAS IN EEN GOEDE BUI

Slide 9 - Slide

Bij nevenschikkende argumentatie onderbouw je je standpunt met meer argumenten.

Slide 10 - Slide

Bij onderschikkende argumentatie ondersteunt een argument een ander argument.
 HET WAS EEN LEUKE LES 
DE DOCENT WAS IN EEN GOEDE BUI
DE KLAS DEED ERG GOED MEE

Slide 11 - Slide

Controleren argumentatieschma
Gebruik de volgende tip om je argumentatieschema te controleren:

check:                                 WANT
                                               DUS
                                               EN

Slide 12 - Slide

Huiswerk
Nakijken opdracht 3

Slide 13 - Slide

Schrijfopdracht (100 woorden)
                                        Verkoop je docent op Marktplaats

Schrijf een advertentietekst voor Marktplaats, waarin je een van je docenten verkoopt. Geef zoveel mogelijk argumenten waarom iemand hem/haar zou moeten kopen. Prijs je docent dus echt aan, zodat je een goede verkoop kunt stimuleren (min. 5 argumenten).

-> Bewaar je tekst goed, deze heb je nodig voor een volgende opdracht

Slide 14 - Slide

Argumentatieschema
Je hebt een advertentietekst geschreven waarin je een van je docenten probeert te verkopen. Zet de tekst nu om in een argumentatieschema. Doe dit op een A3-papier.

Slide 15 - Slide

Controleren argumentatieschma
Gebruik de volgende tip om je argumentatieschema te controleren:

check:                                 WANT
                                               DUS
                                               EN

Slide 16 - Slide

Extra oefening
Zet de vijf zinnen om in een argumentatiestructuur.

Slide 17 - Slide