This lesson contains 42 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Thema 3 Ordening
3.2 Dieren
Slide 1 - Slide
wat gaan we vandaag doen
herhaling vorige les: 3.1 Organismen ordenen
leerdoelen vandaag
nieuwe theorie: 3.2 dieren
zelf aan de slag
herhalen leerdoelen
Slide 2 - Slide
Cellen van bacteriën hebben een celwand
A
Goed
B
Fout
Slide 3 - Quiz
Cellen van dieren hebben een celwand
A
Goed
B
Fout
Slide 4 - Quiz
Bekijk de afbeelding.
Van welk organisme is cel B afkomstig?
A
Van een bacterie
B
Dier
C
Plant
D
Schimmel
Slide 5 - Quiz
Bekijk de afbeelding.
Van welk organisme is cel A afkomstig?
A
Van een bacterie
B
Dier
C
Plant
D
Schimmel
Slide 6 - Quiz
Van welk organisme zie je hier de cellen?
A
Schimmels
B
Planten
C
Dieren
D
Bacterieën
Slide 7 - Quiz
Welk rijk heeft géén celkern?
A
bacteriën
B
schimmels
C
planten
D
dieren
Slide 8 - Quiz
Plant
Dier
Schimmel
Bacterie
Slide 9 - Drag question
leerdoelen vandaag (3.2)
Aan het einde van de les:
- kan je bij dieren verschillende vormen van symmetrie beschrijven
- kan je bij dieren verschillendetypenskelet beschrijven
- kan je kenmerken en voorbeelden noemen van zes groepen dieren
Slide 10 - Slide
Inleiding
Er zijn meer dan 1,3 miljoen diersoorten bekend.
De meeste daarvan zijn insecten.
Dieren hebben als enige groep geen celwand.
Slide 11 - Slide
De stoel in de afbeelding hiernaast bestaat uit 2 helften.
De helften zijn elkaars spiegelbeeld.
De stoel is symmetrisch.
Een symmetrisch voorwerp kan je in 2 gelijke helften verdelen.
Slide 12 - Slide
Dieren zijn vaak symmetrisch, bijvoorbeeld mensen.
Je linkerhelft heeft dezelfde delen als de rechterhelft. Maar de helften zijn bijna nooit precies gelijk aan elkaar. Er zijn kleine verschillen tussen links en rechts.
Toch noem je in de biologie een mens symmetrisch.
Slide 13 - Slide
3.2 Dieren
Er zijn verschillende soorten symmetrie:
- niet-symmetrisch
- tweezijdig symmetrisch: op 1 manier in twee gelijke helften te verdelen
- veelzijdig symmetrisch: op meerdere manieren in twee gelijke helften te verdelen
Slide 14 - Slide
soorten symmetrie
Slide 15 - Slide
3.2 Dieren
Veel dieren hebben stevige delen in hun lichaam.
Deze delen geven stevigheid en bescherming.
Slide 16 - Slide
3.2 Dieren
dieren hebben:
- geen skelet of
- uitwendig skelet (aan de buitenkant) of
- inwendig skelet (aan de binnenkant van het lichaam)
Door te kijken naar het skelet, kan je de dieren ordenen in verschillende groepen.
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
3.2 Dieren
Op basis van symmetrie en skelet worden dieren verdeeld in groepen:
1. sponsdieren
2. neteldieren
3. weekdieren
4. stekelhuidigen
5. geleedpotigen
6. gewervelden
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Video
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Video
Slide 27 - Slide
Slide 28 - Slide
3.2 Dieren
De 6 groepen dieren kan je verder indelen in kleinere groepen, die je weer kunt indelen in kleinere groepen, tot je bij een soort komt.
Een soort kan je niet verder indelen.
Slide 29 - Slide
3.2 Dieren
De indeling van organismen in steeds kleinere groepen, kan je weergeven in een vertakkingsschema.
Slide 30 - Slide
Slide 31 - Slide
vragen
VRAGEN?
Slide 32 - Slide
zelf aan de slag
3.2 Dieren: lees de tekst en maak de opdrachten:
opdracht 1 t/m 4 maken
(vanaf blz. 164)
Slide 33 - Slide
Slide 34 - Slide
Slide 35 - Slide
Slide 36 - Slide
Slide 37 - Slide
Slide 38 - Slide
Slide 39 - Slide
Slide 40 - Slide
Slide 41 - Slide
herhalen leerdoelen
Aan het einde van de les:
- kan je bij dieren verschillende vormen van symmetrie beschrijven
- kan je bij dieren verschillendetypenskelet beschrijven
- kan je kenmerken en voorbeelden noemen van zes groepen dieren