NN6 - Spelling - werkwoordspelling pvtt/vd

Leerdoelen
Aan het eind van de les...
1. Kun je pvtt en vd herkennen in een zin.
2. Kun je pvtt en vd zelf formuleren in iedere willekeurige zin.
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Leerdoelen
Aan het eind van de les...
1. Kun je pvtt en vd herkennen in een zin.
2. Kun je pvtt en vd zelf formuleren in iedere willekeurige zin.

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Link

Als je gezond ... , ... je ook ouder.
A
leeft // word
B
leeft // wordt
C
leefde // word
D
leeft // werd

Slide 7 - Quiz

Ik heb toch ... dat jij mij nooit meer ...


A
gezegt // e-mailt
B
gezegd // e-mailt
C
gezegt // emailt
D
gezegd // e-maild

Slide 8 - Quiz

Toen …. ik me pas dat Luuk helemaal niet naar mij …..

A
Realiseerde // zwaaite
B
Realiseerdde // zwaaiden
C
Realiseerden // zwaaide
D
Realiseerde // zwaaide

Slide 9 - Quiz

... toch eens volwassen, man!

A
Wordt
B
Word
C
Werd
D
Wort

Slide 10 - Quiz

Persoonsvorm tegenwoordige tijd (PVTT)
Zoek bij de PV TT uit wat de stam van het werkwoord is. Afhankelijk van de persoon komt er of niets, of ‘-t’ of ‘-en’ bij:






Slide 11 - Slide

Persoonsvorm verleden tijd (PVVT)
Bij zwakke werkwoorden krijg je ‘–de(n)’ of ‘–te(n’). Zit de laatste letter voor de ‘–en’ in
 ‘t ex-fokschaap, dan is het: stam+te(n); zo niet, dan is het: stam+de(n).

Slide 12 - Slide

Gebiedende wijs 
De gebiedende wijs is altijd de stam van het werkwoord. De stam vind je als je het hele werkwoord neemt zonder ‘-en’:

Slide 13 - Slide

Persoonsvorm verleden tijd (PVVT)
Bij sterke werkwoorden verandert in de verleden tijd de klank:











Slide 14 - Slide

Voltooid deelwoord (VD)
‘Voltooid’ wil zeggen: het ligt achter je, oftewel het is ge-weest.

Bij zwakke werkwoorden eindigt het voltooid deelwoord op ‘–d’ of ‘-t’. Zit de laatste letter van de stam wel in ‘t ex-fokschaap, dan eindigt het op ‘-t’; zo niet op ‘-d’:


Slide 15 - Slide

Aan het eind van de les...
1. Kun je pvtt en vd herkennen in een zin.
2. Kun je pvtt en vd zelf formuleren in iedere willekeurige zin.
😒🙁😐🙂😃

Slide 16 - Poll

Aan de slag
H6 - Spelling Pvtt of vd?
Maken:
1 t/m 5
Andere opdrachten van de leerroute

Slide 17 - Slide