§3.1 Wat zijn de kosten?

Paragraaf 3.1
Wat zijn de kosten?
1 / 17
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Paragraaf 3.1
Wat zijn de kosten?

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Programma
  • Uitleg deel 1 (15 min.)
  • Opdrachten maken (20 min.)

  • Uitleg deel 2 (10 min.)
  • Opdrachten maken (15 min.)

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Slide

Welke 4 productiefactoren zijn er ook alweer?

Slide 5 - Slide

Hoe maakt Bolletje gebruik van de 4 productiefactoren?

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Een bezorgdienst schaft een elektrische truck aan voor € 95.750. De bezorgdienst verwacht de truck vijf jaar te gebruiken en hem daarna in te ruilen voor € 24.500.

Bereken de jaarlijkse afschrijving.

Slide 9 - Open question

1. € 95.750 - € 24.500 = € 71.250
2. € 71.250 : 5 = € 14.250

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Banketbakkerij Stoet produceert 40.000 taarten per jaar. De vaste kosten zijn € 225.000. De variabele kosten zijn € 105.000.

Bereken de kostprijs per taart.

Slide 11 - Open question

(€ 225.000 + € 105.000) : 40.000 = € 8,25

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Een broek heeft een kostprijs van €60 de brutowinstmarge is 35% van de inkoopprijs. De btw is 21%. Wat is de consumentenprijs

Slide 13 - Open question

This item has no instructions

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Bij de Mediamarkt kost een tv inclusief 21% btw €450, wat is de prijs exclusief btw?

Slide 15 - Open question

This item has no instructions

Aan de slag
Maak opdrachten van 3.1 en plusopdrachten
We bespreken klassikaal opdracht 8 en 9 

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions