Plein M | 1.3 Basisbehoeften, arm en rijk

Plein M | 1.3 Basisbehoeften, arm en rijk
1 / 13
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 13 slides, with text slides.

Items in this lesson

Plein M | 1.3 Basisbehoeften, arm en rijk

Slide 1 - Slide

In deze les:
  • Terugblikken
  • Leerdoelen
  • Basisbehoeften om te kunnen leven
  • Wonen in arme en rijke landen
  • Werken in arme en rijke landen
  • Wanneer is een land arm of rijk?
  • Het bnp per hoofd
  • Aan de slag! 

Slide 2 - Slide

Arm en rijk?

Slide 3 - Slide

Leerdoelen:
  • Je weet wat met basisbehoeften bedoeld wordt en kun je er voorbeelden van geven;
  • kun je uitleggen wat het verschil is tussen arme en rijke landen als het gaat om wonen en werken;
  • weet je wat het verschil is tussen welvaart en welzijn en hoe je met die begrippen kunt zien of inwoners van een land rijk of arm zijn;
  • en tot slot, weet je wat bnp/hoofd betekent en begrijp je wat het zegt over hoe arm of rijk een land is. 

Slide 4 - Slide

Basisbehoeften om te kunnen leven
  • Basisbehoeften?
  • Gezondheidszorg
  • Onderwijs
  • Niet meer?

Slide 5 - Slide

Waar of niet waar?
"Als je niet genoeg geld en middelen hebt om je basisbehoeften te regelen, ben je arm." (Noordhoff, 2020)

Slide 6 - Slide

Waar of niet waar?
Voeding, kleding, onderdak, minimaal één auto en onderwijs zijn de vijf belangrijkste basisbehoeften.

Slide 7 - Slide

Waar of niet waar?
Europese landen lijden meer aan ondervoeding dan landen in Afrika

Slide 8 - Slide

Wonen in arme en rijke landen
  • Krottenwijken 
  • Maken opdracht 4, blz 30
timer
3:00

Slide 9 - Slide

Werken in arme en rijke landen
  •  Scharreleconomie
  • Maken opdracht 5, blz 31
timer
3:00

Slide 10 - Slide

Wanneer is een land arm of rijk?
  • Er zijn arme en rijke landen, maar hoe bepalen we dat? 
  • Welvaart -> geld
  • Welzijn -> levensomstandigheden: gezondheid, onderwijs en koopkracht

Slide 11 - Slide

Het bnp per hoofd
  • Welvaart kun je meten
  • Alles wat er door één land per jaar wordt verdient - gedeeld door - het aantal inwoners = bnp per hoofd

Slide 12 - Slide

Aan de slag!
  • Wat? Maken opdracht 1 t/m 9 van paragraaf 1.3
  • Hoe? Alleen
  • Hulp? Dan ben ik er!
  • Tijd? 15 minuten
  • Klaar? Maak de herhaling 
timer
15:00

Slide 13 - Slide