This lesson contains 14 slides, with text slides and 1 video.
Lesson duration is: 80 min
Items in this lesson
1.1 Willkommen!
Wer bin ich?
Wie bist du?
Unsere Bücher.
Lesen und Aufgaben machen.
Neue Wörter?
Slide 1 - Slide
Frau Lenc
- auf Deutsch: Lenz= Frühling
- deutsche Sprache, Musik, Hamburg
- Ausland
- Brennesseltee, Rad fahren,
Museen besuchen...
- ....gibt es Fragen?
Slide 2 - Slide
Regeln
1. Respect voor elkaar.
2. Praten kan maar een tegelijk.
3. Geen telefoons, jassen, petten,
eten, drinken in de klas.
4. Arbeitsbuch, Textbuch, Schrift,
Kuli, Laptop und Hausaufgabe...
5. Wir sind pünktlich.
6. Gut gearbeitet?- ein Lied.
Slide 3 - Slide
Und wer bistdu?
Wie heisst du?
Wo wohnst du?
Was machst du gerne?
Wie alt bist du?
Hast du Haustiere?
Slide 4 - Slide
Ich .....e
heißen Ich ...... e
wohnen
haben
lieben
gehen
kunnen Ich kann gut kochen.
sein Ich bin ..... Jahre alt.
Slide 5 - Slide
Deutsche Fächer
Slide 6 - Slide
Meine Hobbys:
Slide 7 - Slide
MOTIVIERE DICH SELBST:
Kies een van de zinnen en schrijf hem op jouw Arbeitsbuch:
Deutsch macht Spaß!
Ich liebe Deutsch! ♡
Deutsch ist schön!!*
Toll, dass ich Deutsch lernen kann!
Deutsch? Na klar!!
Ich schaffe das!
Jetzt geht‘s los!
Deutsch ist schwierig, aber schön…
Übung macht den Meister!
Ich gebe alles ... nur nicht auf!
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Video
Uitleg Module E
Je hebt een Textbuch (TB) en
een Arbeitsbuch (AB).
1.1 in het Textbuch is de uitleg of de leestekst
1.1 in het Arbeitsbuch is de opdracht die bij het lezen hoort. We doen één les per week. De meeste opdrachten kun je in de les maken. Wat niet af is, is huiswerk.
Ben je er een les niet? Dan is toch je huiswerk af de les erna!
Neem elke week je Text- en Arbeitsbuch mee!!
Slide 10 - Slide
Uitleg Textbuch:
Elke week is er een les. Een les bestaat uit 5 onderdelen.
bijv les 1:
1.1 = Lesen
1.2 = Wörter
1.3 = Grammatik
1.4 = Hören, Sehen & Lesen
1.5 = Aussprache & Sprechen
Slide 11 - Slide
Selbst gucken:
Fragen?
Slide 12 - Slide
Lesen:
lees: TB, bz 6-9
Maak: AB, bz 1
Slide 13 - Slide
Maak de opdrachten, die je in de les niet af heb, AF.