1.2 Het ontwerp van een tuin

• Vergroening stedelijke omgeving
• Middelbare school
• vmbo b, k, g
• Leerjaar 4

1.2 Het ontwerp van een tuin

Lesplan

• Terugkijken naar 1.1
  
•  Leerdoelen
  
• De ontwerptekening
  
• Gegevens op de tekening
  
• Tekenen op schaal
  
• Aan de slag

Wat is duurzaamheid?

1. Producten vernieuwen voor de volgende generatie
2. producten recyclen voor de volgende generatie
3. milieu zo min mogelijk schaden voor de volgende generatie
4. broeikasgassen zoveel mogelijk terugdringen

Duurzame verlichting

Normale verlichting

Wat voor een soort tuin zie je op de foto?

1. Een engelse landschapstuin
2. Een franse kasteeltuin
3. Een franse landschapstuin
4. Een engelse kasteeltuin

Wat zijn borders?

1. Een grasveld
2. Een plantage
3. Bloemperken langs een grasveld
4. Verschillende bloempotten bij elkaar

Leerdoelen

• Je kunt vertellen wat er op een ontwerptekening te zien is.
  
• Je weet wat 'op schaal' betekent.
  
• Je weet welke stappen je moet zetten om een ontwerp te maken.
  
• Je kunt een ontwerptekening maken passend bij de wensen van een klant.

De ontwerptekening

Een ontwerptekening is een nauwkeurige tekening van een bovenaanzicht met alle afmetingen op schaal.

- Datum

- Schaal

- Noordpijl

- Naam ontwerpen en klant

Gegevens op de tekening

Legenda: Verklaring voor symbolen en kleuren op de tekening

Symbolen: Een teken met een vaste betekenis

Waar vindt je de betekenis van een symbool?

1. Op de ontwerptekening
2. In de bijlage
3. Naast de schaal
4. In de legenda

Rekenen op schaal

Papier < Echt = groter dus x

Echt > Papier = kleiner dus :

De school bouwt een schutting van 25 M. De schaal van de ontwerptekening is 1:200. Hoe groot wordt de schutting op papier?

We gaan aan de slag met een schetsontwerp

Verzamel:

- Liniaal

- Potlood

- Gum

- Kleurpotloden

Aan de slag

Maak je ontwerpschets af

Maken 1.2 in je werkboek

Klaar? Nakijken 1.1 en 1.2

Welke opdracht vond je het moeilijkst?

1. De theorievragen in het boek
2. Een schets maken voor een bestaande tuin
3. Reken op schaal
4. 2 of meer van de opties