What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Code + Deel 1 Hoofdstuk 4 Demonstratief pronomen
Code +
Hoofdstuk 4
1 / 29
next
Slide 1:
Slide
NT2
Hoger onderwijs
This lesson contains
29 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Code +
Hoofdstuk 4
Slide 1 - Slide
Wat gaan we vandaag doen?
We oefenen grammatica uit Hoofdstuk 4:
- het meervoud
- dit, dat, deze, die
Slide 2 - Slide
Het meervoud: -en
-en:
80%
de tuinen, de woningen, de mensen, de dorpen, de boeken
LET OP!
de b
oo
m - de b
o
men
de n
aa
m - de n
a
men
de t
a
s - de ta
ss
en
de b
a
l - de ba
ll
en
Slide 3 - Slide
Geef meervoud van
'de tuin'
A
de tuinen
B
de tuins
C
het tuinen
D
het tuins
Slide 4 - Quiz
Geef meervoud van
'de woning'
A
de wonings
B
het wonings
C
de woningen
D
het woningen
Slide 5 - Quiz
Geef meervoud van
'het appartement'
A
het appartementen
B
de appartementen
C
het appartements
D
de appartements
Slide 6 - Quiz
Geef meervoud van
'het raam'
A
het raamen
B
de raamen
C
de ramen
D
de raams
Slide 7 - Quiz
Geef meervoud van
'de naam'
A
de naamen
B
de namen
C
de naams
D
de nams
Slide 8 - Quiz
Geef meervoud van
'de bal'
A
de ballen
B
de balls
C
het bals
D
de balen
Slide 9 - Quiz
Geef meervoud van
'de kop'
A
de kops
B
de kopps
C
de kopen
D
de koppen
Slide 10 - Quiz
Geef meervoud van
'de tas'
A
de tasss
B
de tas'
C
de tassen
D
de tasen
Slide 11 - Quiz
Het meervoud:
-s, -'s
-s:
-er, -el, -en, -e
15%
de kamers, de moeders, de winkels, de dochters, de meisjes, de meubels
's:
-a,-o,-u,-i, -y
5%
de agenda's, de auto's, de paraplu's, de taxi's, de baby's
Slide 12 - Slide
Geef meervoud van
'de keuken'
Slide 13 - Open question
Geef meervoud van
'de auto'
Slide 14 - Open question
Geef meervoud van
'het meisje'
Slide 15 - Open question
het
dit
boek
dat
boek
de
deze
tafel
deze
boek
en
die
tafel
die
tafel
s
Dit, dat, deze, die...
Slide 16 - Slide
Geef meervoud van
'de slaapkamer'
Slide 17 - Open question
Geef meervoud van
'de wasmachine'
Slide 18 - Open question
Geef meervoud van
'de baby'
Slide 19 - Open question
Geef meervoud van
'de tafel'
Slide 20 - Open question
Zie je ___ boom daar?
A
die
B
deze
C
dat
D
dit
Slide 21 - Quiz
Welke van ___ kinderen is van jou? (veraf)
A
die
B
deze
C
dat
D
dit
Slide 22 - Quiz
Waar is het pakje? ____ heb ik al op de tafel gelegd (veraf)
A
die
B
deze
C
dat
D
dit
Slide 23 - Quiz
Ik wil graag verschillende soorten snoepjes. Ik wil wat van ___ (dichtbij)
A
die
B
deze
C
dat
D
dit
Slide 24 - Quiz
Is er geen post? Nee, ___ is nog niet bezorgd.
A
die
B
deze
C
dat
D
dit
Slide 25 - Quiz
Wat vind je van ___ boek?(dichtbij)
A
die
B
deze
C
dat
D
dit
Slide 26 - Quiz
Welk T-shirt zal ik aantrekken? Wat vind je van ___ (dichtbij)
A
die
B
deze
C
dat
D
dit
Slide 27 - Quiz
Dank jullie wel!
Slide 28 - Slide
Slide 29 - Slide
More lessons like this
18/5: meervoud
August 2023
- Lesson with
30 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
meervoud -en / -s
April 2024
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Het meervoud van het zelfstandig naamwoord
November 2023
- Lesson with
16 slides
Grammatica
Secundair onderwijs
Spelling T2L5: Ik, jij of wij
February 2023
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Lager onderwijs
Het getal van een zelfstandig naamwoord
September 2021
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
T2L9: Supertalenten
February 2023
- Lesson with
10 slides
Nederlands
Lager onderwijs
CT: Meervoud, verkleinwoord en bezitsvorm
May 2021
- Lesson with
38 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
B1M1 - Het zelfstandige naamwoord (herhaling lagere school)
September 2022
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Secundair onderwijs