Chapter 5 lesson 10: th2k - Matilda and suffixes - 24 mei 2022
1 / 15
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1
This lesson contains 15 slides, with text slides.
Lesson duration is: 45 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Today's Lesson
Goal: I can correctly form and use prefixes and suffixes.
- Test Date
- Reading Matilda
- Summary: Matilda
- Homework
- Grammar: Linking Words
- Kahoot: Linking Words
- Homework: Stepping Stones
Slide 4 - Slide
Test Date
Schrift inleveren: Tuesday 31 May
Schrift terug: Thursday 2 June
Test unit 5:
Thursday 9 June
Schrift terug: Thursday 2 June
Test unit 5:
Thursday 9 June
Slide 5 - Slide
Homework
Stepping Stones: B Book
p. 76 + 77
Assignment 29, 30 and 31
Wordlist:
p. 96
Affect t/m Worth
p. 76 + 77
Assignment 29, 30 and 31
Wordlist:
p. 96
Affect t/m Worth
Slide 6 - Slide
Matilda
AT HOME: Creative assignment for the book
- Write a poem (about a character, the story or a place that appears in the book). The poem has to be at least 20 lines long and between 30 and 50 words (longer is allowed)
- Create a bookmark of a chapter (pick a chapter and draw the events that happen in that chapter on a bookmark, make it as clear as possible that the bookmark is about that chapter)
- Recreate the book art (make a new cover for the book, make sure the cover of the book relates who the story is about and that parts of the plot appear on the cover as well; think of things that have happened, items that appear in the book that are important or characters)
- Write a poem (about a character, the story or a place that appears in the book). The poem has to be at least 20 lines long and between 30 and 50 words (longer is allowed)
- Create a bookmark of a chapter (pick a chapter and draw the events that happen in that chapter on a bookmark, make it as clear as possible that the bookmark is about that chapter)
- Recreate the book art (make a new cover for the book, make sure the cover of the book relates who the story is about and that parts of the plot appear on the cover as well; think of things that have happened, items that appear in the book that are important or characters)
Deadline: Tuesday 21 June
Slide 7 - Slide
Matilda
Summary
The parrot prank:
Matilda stopte de papagaai in de schoorsteen. Om d'r ouders er van te overtuigen dat er een dief of geest in de huiskamer was. De papagaai kon hello, hello, hello zeggen en "rattle my bones". De prank was succesvol de ouders en het broertje van Matilda waren bang. Als gevolg van de pranks waren de ouders van Matilda altijd even een tijdje aardiger tegen haar.
Aritmetics:
De vader van Matilda wou de winst van z'n auto verkoop berekenen met z'n zoon. De zoon moest het nog uitrekenen maar toen had Matilda het antwoord al gegeven. De vader van Matilda noemde Matilda een valsspeler.
Slide 8 - Slide
Matilda
Summary
Aritmetics:
De vader van Matilda wou de winst van z'n auto verkoop berekenen met z'n zoon. De zoon moest het nog uitrekenen maar toen had Matilda het antwoord al gegeven. De vader van Matilda noemde Matilda een valsspeler. De moeder van Matilda kwam binnen lopen met eten, en de vader van Matilda herhaalde dat Matilda een valsspeler was
The platinum blonde man:
Matilda heeft het haar verpest van d'r vader. Ze deed haarverf van d'r moeder in het flesje van d'r vaders haar tonic. Z'n haar werd hier zilver van en de hele familie schrok daarvan. De conclusie van de familie was dat hij het verkeerde flesje had gebruikt om z'n haar te stylen.
timer
2:00
Slide 9 - Slide
Matilda
Summary
Character:
Miss Honey: de juffrouw van Matilda
Miss Trunchbull: de directrice van Crunchem Hall Primary
The platinum blonde man:
De vader ging z'n haar goed uitwassen, en hij ging naar de kapper om z'n haar zwart te verven. Zodat hij niet kaal zou worden.
Miss Honey:
Miss Honey is een aardige juffrouw, maar Miss Trunchbull is gemene boze vrouw. de leerlingen mogen niet terug praten tegen de Trunchbull, naar haar luisteren, en heel braaf zijn in haar aanwezigheid. Omdat de Trunchbull van discipline houd (en stiekem haat ze kinderen). Matilda ging de tafel van twee opnoemen, ze wist alles en nog meer. Miss Honey was heel verbaasd en onder de indruk.
Miss Honey is een aardige juffrouw, maar Miss Trunchbull is gemene boze vrouw. de leerlingen mogen niet terug praten tegen de Trunchbull, naar haar luisteren, en heel braaf zijn in haar aanwezigheid. Omdat de Trunchbull van discipline houd (en stiekem haat ze kinderen). Matilda ging de tafel van twee opnoemen, ze wist alles en nog meer. Miss Honey was heel verbaasd en onder de indruk.
timer
2:00
Slide 10 - Slide
Linking Words
Doel: Je gebruikt linking words om twee zinnen te verbinden.
Voorbeelden van linking words zijn and, but en because. Deze linking words hebben allemaal een andere betekenis. Ze laten je zien op wat voor een manier je zinnen aan elkaar kan verbinden.
Voorbeelden van linking words zijn and, but en because. Deze linking words hebben allemaal een andere betekenis. Ze laten je zien op wat voor een manier je zinnen aan elkaar kan verbinden.
Slide 11 - Slide
Linking Words
Doel: Je gebruikt linking words om twee zinnen te verbinden.
Linking word: and
Hannah is doing her homework. She is listening to music.
Hannah is doing her homework and she is listening to music
and voegt de twee zinnen samen.
Linking word: and
Hannah is doing her homework. She is listening to music.
Hannah is doing her homework and she is listening to music
and voegt de twee zinnen samen.
Slide 12 - Slide
Linking Words
Doel: Je gebruikt linking words om twee zinnen te verbinden.
Linking word: but
Frank posted the picture on Instagram. I didn't like it.
Frank posted the picture on Instagram, but I didn't like it.
but voegt een contrast toe.
Linking word: but
Frank posted the picture on Instagram. I didn't like it.
Frank posted the picture on Instagram, but I didn't like it.
but voegt een contrast toe.
Slide 13 - Slide
Linking Words
Doel: Je gebruikt linking words om twee zinnen te verbinden.
Linking word: because
I read the newspaper sometimes. I want to know what's going on
I read the newspaper sometimes, because I want to know what's going on.
because voegt reden toe.
Linking word: because
I read the newspaper sometimes. I want to know what's going on
I read the newspaper sometimes, because I want to know what's going on.
because voegt reden toe.
Slide 14 - Slide
Homework
Stepping Stones: B Book
p. 90 + 91
Assignment 51 and 52
Wordlist:
p. 97
Area t/m Weird
