T3B4

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 4

Thema 3 - Mens en milieu

B4 Energie

Fossiele brandstoffen

Aardgas, aardolie en steenkool zijn miljoenen jaren geleden ontstaan uit resten van dode planten en dieren

Fossiele brandstoffen

Fossiele brandstoffen

Voordelen:

• goedkoop
• gemakkelijk te gebruiken
• gemakkelijk te vervoeren

Nadelen:

• ontstaan CO2
• CO2 veroorzaakt broeikaseffect
• afvalstoffen kunnen smog en verzuring veroorzaken
• ze raken een keer op

Kernenergie

Kernenergie komt vrij bij het spitsen van atomen, het wordt gebruikt om elektriciteit op te wekken

Kernenergie

Voordelen:

• veel electriciteit
• geen luchtverontreiniging en CO2

Nadelen:

• radioactief afval

Duurzame energiebronnen

Zonne-energie -> zonnepanelen zetten zonne-energie om in elektriciteit 

Duurzame energiebronnen

Windenergie -> windmolens zetten wind om in elektriciteit

Duurzame energiebronnen

Waterkracht -> bij stuwdammen wordt waterkracht omgezet in elektriciteit

Duurzame energiebronnen

Biomassa kan als brandstof worden gebruikt

• energierijke stoffen uit organisch materiaal (hout-, groente-, fruit- en tuinafval).

Uit planten en algen kunnen biobrandstoffen worden gevormd

• zonnebloem, koolzaad en oliepalmen
• nadeel: landbouwgrond nodig

Opdrachten

Maken 3.4 opdracht 29 t/m 32

Wat is een monocultuur?

1. Het verbouwen van meerdere gewassen op een groot oppervlak.
2. Het verbouwen van een gewas op verschillende oppervlakten.
3. Het verbouwen van een gewas op een groot oppervlak.
4. Het verbouwen van vraatbestendige gewassen.

Wat is genetische modificatie?

1. Zorgen dat een organisme maar één soort nakomelingen krijgt
2. Het plaatsen van genetische informatie van het ene naar het andere organisme
3. Schimmels bestrijden met een nieuw chromosoom
4. Het klonen van een bevruchte eicel

Wat gebeurt er bij IVF

1. Rijpe eicel wordt gewonnen en kunstmatig bevrucht
2. Sperma wordt gewonnen en ingebracht
3. Natuurlijke bevruchting

Wat is een voorbeeld van de bio-industrie

1. Op een boerderij kippen varkens en koeien houden
2. Een kleine boerderij hebben
3. Een grote boerderij met veel verschillende dieren
4. Een grote boerderij met veel dezelfde dieren

Waarom vindt veel tuinbouw in Nederland in kassen plaats?

1. Omdat in kassen kan worden gezorgd voor zo goed mogelijke omstandigheden voor de groei van planten
2. Omdat het verbouwen van producten in kassen weinig energie kost
3. Omdat de planten niet buiten in de volle grond kunnen groeien

Welke uitleg past bij het begrip bio-industrie?

1. Weinig dieren op een oppervlak
2. Milieu vriendelijk productie
3. Allemaal verschillende dieren in 1 bedrijf
4. Zoveel mogelijk dieren op een klein oppervlak.