2HV Chapitre 5 Bron D: de ontkenning

2HV - CH5 - Les D
1 / 24
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

2HV - CH5 - Les D

Slide 1 - Slide

Programme


In deze paragraaf leer je hoe je de ontkenning gebruikt.

Slide 2 - Slide

2. Een zin ontkennend maken
ne .... pas
om de persoonsvorm heen

Voorbeeld:
Je parle français.
Je ne parle pas français.

Slide 3 - Slide

On regarde la vidéo
Grandes Lignes Online

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Wanneer verandert "ne" in "n'"?
A
Als het woord daarna begint met een klinker
B
Als het woord daarna begint met een medeklinker
C
Als het een positief woord is
D
Als het na de persoonsvorm staat

Slide 6 - Quiz

Waaromheen plaats je de ontkenning "ne ... pas"?
A
Het onderwerp
B
De persoonsvorm
C
Het gezegde
D
het lijdend voorwerp

Slide 7 - Quiz

Welke zin is ontkennend?
A
J'aime Walibi.
B
Je n'aime pas Efteling.
C
Je déteste Ponypark Slagharen
D
J'adore Disneyland!

Slide 8 - Quiz

Wat is de ontkenning van:
"J'habite à Houten"?
A
J' ne habite pas à Houten.
B
Je ne habite pas à Houten.
C
Je n'habite pas à Houten.
D
Je ne pas habite à Paris.

Slide 9 - Quiz

Wat is de ontkenning van "c'est"?
A
c' n'est pas
B
ce n'est pas
C
c' ne est pas
D
ce ne est pas

Slide 10 - Quiz

Wat is de ontkenning van "il y a" (er is/er zijn)?
A
il y n'a pas
B
il n'y a pas

Slide 11 - Quiz

Maak de zinnen ontkennend
Voorbeeld
Il regarde la télé?
Non, il ne regarde pas la télé.

Je zet dus ne ... pas om de persoonsvorm.
Werkwoord in de zin dat meeverandert met het onderwerp

Slide 12 - Slide

1. Nous visitons Walibi? Non (niet), _____________________.

Slide 13 - Open question

2. Ils vont dans le Crazy River? Non, ____________________.

Slide 14 - Open question

Slide 15 - Slide

ne ... plus
ne ... jamais
ne ... rien
ne ... pas encore
niet meer
nooit
niets
nog niet

Slide 16 - Drag question

3. Tu aimes Untamed? Non, je (nog niet)_______________________.

Slide 17 - Open question

Il adore Skydiver?
Non, (niet meer) _______________________.

Slide 18 - Open question

'niet meer' is in het Frans:
A
ne .... pas encore
B
ne.... pas
C
ne.... rien
D
ne .... plus

Slide 19 - Quiz

Hoe zeg je: 'Sam is niet meer ziek'
A
Sam n'est jamais malade
B
Sam n'est pas malade
C
Sam n'est plus malade
D
Sam n'est pas encore malade

Slide 20 - Quiz

Wat betekent "Je ne vais jamais à Walibi"?
A
Ik wil nooit naar Walibi.
B
Ik ga nog niet naar Walibi.
C
Ik ga vaak naar Walibi.
D
Ik ga nooit naar Walibi.

Slide 21 - Quiz

Zet de ontkenning in de zin:
Tu vas au Efteling (niet meer).

Slide 22 - Open question

Zet de ontkenning in de zin:
B2B et B2D vont à Disneyland (nog niet).

Slide 23 - Open question

                          Tu es formidable!            
               Félicitations !

Slide 24 - Slide