3A 4.4 Zwanger worden

1 / 27
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Startopdracht
Beantwoord de volgende vraag in je schrift:
1. Wat is de ovulatie?
2. Hoeveel dagen duurt de menstruatiecyclus?
2. Rondom welke dag van de cyclus is de kans op bevruchting het grootst?


 
 



Welkom
  1. Loop rustig het lokaal binnen en praat zachtjes
  2. Ga zitten op je stoel
  3. Je jas doe je uit
  4. Pak je boek, schrift + pen
timer
3:00

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Startopdracht
Beantwoord de volgende vraag in je schrift:
1. Wat is de ovulatie?
2. Hoeveel dagen duurt de menstruatiecyclus?
2. Rondom welke dag van de cyclus is de kans op bevruchting het grootst?


 
 



Antwoorden

1. De eisprong
2. 28 dagen
2. dag 14 (= ovulatie)

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Hoe kom je in de puberteit?

Slide 5 - Open question

This item has no instructions

Programma
  • Leerdoelen
  • Uitleg basisstof 4 --> Zwanger worden
  • Video de bevruchting --> 8 minuten
  • Opdrachten maken
  • Afsluiting --> leerdoelen checken

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Thema 4 voortplanting
  • 4.1 Geslachtsorganen deel 1
  • 4.2 Puberteit
  • 4.3 Vruchtbaar worden 
  • 4.4 Zwanger worden
  • 4.5 Seksualiteit  
  • 4.6 Veilige seks
  • 4.7 Meer voorbehoedsmiddelen
  • 4.8 De geboorte

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen 4.4
  • Je kunt de kenmerken van zaadcellen en eicellen noemen
  • Je kunt beschrijven hoe bevruchting bij een mens verloopt
  • Je kunt beschrijven hoe een zwangerschap verloopt
  • Je kunt uitleggen wat prenataal onderzoek is en hiervan voorbeelden noemen

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Zwanger worden

De eicel moet bevrucht worden door de zaadcel

Kern zaadcel moet samen smelten met kerneicel

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Video

This item has no instructions

Vruchtbare moment
  • De eicel komt vrij in één van de eileiders (ovulatie) 
  • De zaadcellen komen achterin de vagina terecht
  • De zaadcellen zwemmen door de baarmoeder richting beide eileiders
  • Eén zaadcel kan de eicel bevruchten (in de eileider)

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

De bevruchting
Een kern van een zaadcel versmelt met de kern van een eicel, 
dit vindt plaats in de eileider.

Innestelling: na ongeveer 6 dagen zet het bolletje cellen zich vast in het dikke baarmoederslijmvlies. Dan is de vrouw zwanger.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Video

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Zwangerschap
0-8 weken: Embryo
8 weken tot geboorte: Foetus

Voeding: 
- Baarmoederslijmvlies (embryo)
- Placenta of moederkoek (foetus)
--> via de navelstreng

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Placenta
Op de plaats waar embryo is ingenesteld groeit de placenta/moederkoek. In de placenta zitten haarvaten (hele dunne bloedvaten waar gaswisseling plaats kan vinden).

Vruchtwater en vruchtvliezen beschermen het ongeboren kind.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Vruchtvliezen 
Vruchtwater

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Prenataal onderzoek
  • 8-12 weken: Echo: Bepalen hoe lang de vrouw zwanger is
  • Vanaf 10 weken: NIPT-test (niet invasieve prenatale test) -->  bloedonderzoek (DNA kind) op DNA afwijkingen.
  • 13 weken --> echo voor onderzoek naar afwijkingen aan hart, hersenen, organen en ledematen
  • 20 weken --> echo (check) en geslacht kan worden bepaald

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Slide 24 - Video

This item has no instructions

Huiswerk

Lezen 4.4
Maken opdracht 1 t/m 3 en 5 t/m 11





Slide 25 - Slide

Klaar: puzzel laten maken
De menstruatie cyclus van de vrouw duurt +- 28 dagen, rondom welke dag is de kans op bevruchting het grootst?

Slide 26 - Open question

This item has no instructions

Hoe heet een vrouwelijke geslachtscel? En hoe heet een mannelijke geslachtscel?

Slide 27 - Open question

This item has no instructions