1.4 Materialen gebruiken

  • Kom rustig binnen
  • Zoek rustig een plek
  • Pak je laptop, ga naar Lesson-Up en relax totdat ik start
1 / 48
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 48 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

  • Kom rustig binnen
  • Zoek rustig een plek
  • Pak je laptop, ga naar Lesson-Up en relax totdat ik start

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Voor vandaag
  • Uitleg bij 1.4
  • deel opdrachten maken bij 1.4

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

1.4 Materialen gebruiken

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Leervragen bij 1.4
  • Waar let je op als je een materiaal kiest?
  • Hoe herken je materialen en stoffen?
  • Waarvoor gebruik je metalen?
  • Smelten metalen bij dezelfde temperatuur?
  • Waarom gebruiken we veel kunststoffen?

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Leervraag: waar let je op als je materialen kiest?
  • je ontwerpt een bank

  • je ontwerpt een trui

  • je ontwerpt een formule 1 wagen

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Leervraag: hoe herken je materialen en stoffen?

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Stofeigenschappen
De eigenschappen waaraan je een stof kan herkennen noemen we stofeigenschappen.
Voorbeelden van stofeigenschappen zijn:
  • Geur
  • Kleur
  • Smaak 
  • Brandbaarheid

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Welke stofeigenschappen 
zijn er verder?
  • fase bij kamertemperatuur 
  • smeltpunt en kookpunt
  • ontbrandingstemperatuur
  • geleiding
  • dichtheid
  • wel of niet magnetisch

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Fase bij kamertemperatuur = stofeigenschap

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

GEEN stofeigenschappen
  • Temperatuur
  • Vorm
  • Massa
  • Volume

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Welke eigenschappen kunnen stoffen hebben?
Klik de enige goede reeks aan.
A
Kleur, geur, vorm, smeltpunt, dichtheid
B
smaak, geur, vorm, smeltpunt, kookpunt
C
kleur, smaak , vorm, smeltpunt, kookpunt
D
kleur, geur, smaak, dichtheid, kookpunt, smeltpunt

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

waarvoor gebruik je:
  • metalen
  • kunststoffen 

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Metalen
Waarom gebruiken we veel metalen?

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Koper: geleidt goed stroom

Goud: behoud glans


Aluminium: licht materiaal

Lood: zwaar, voor stabiliteit

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Een voorbeeld van een geleider is
A
Kopje
B
Metalen lepel
C
Bord
D
Glas

Slide 18 - Quiz

Alle metalen geleiden stroom!
Wat is een legering?
  • Legering = een metaalmengsel
  • Legering heeft andere en vaak betere eigenschappen dan de metalen waar het van gemaakt is.

Bekendste legering 
  • RVS = Roest vrij staal (ijzer, mangaan, koolstof)
  • Brons (koper en tin)
  • Messing (koper en zink)

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Legeringen worden vaak toegepast als materiaal. Wat is een legering? Een legering is:
A
een mengsel van metalen
B
een mengsel van ijzererts en cokes
C
een mengsel van ijzererts en kopererts
D
een mengsel van kunststoffen en metalen

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Composieten
Composiet: een kunststof versterkt met vezels

Zoals: aramidecomposiet (kogelwerende vesten), carbon fibre (hockeystick, racefietsen, raceauto's), glasvezelcomposiet (vliegtuigen, boten, bruggen)

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Binas
  • Jullie krijgen een blaadje met tabellen die in Binas staan die jullie verder nodig hebben voor dit hoofdstuk.
  • Bewaar deze goed! 
  • Meerdere lessen nodig 

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Wat nu te doen
  • Maak opdracht 4 t/m 16 van 1.4
  • Overleggen met degene naast je 
  • Klaar? Laat dit aan mij zien

Pas opruimen als ik het aangeef!
timer
10:00

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Leervragen bij 1.4
  • Waar let je op als je een materiaal kiest?
  • Hoe herken je materialen en stoffen?
  • Waarvoor gebruik je metalen?
  • Smelten metalen bij dezelfde temperatuur?
  • Waarom gebruiken we veel kunststoffen?

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Einde van de les
  • Huiswerk: maak opgave 4 t/m 16 van 1.4
  • Volgende les gaan we verder met de andere leervragen bij 1.4

Je mag je spullen inpakken en pas gaan als de bel gaat!

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Les 2 van 1.4 
Materialen gebruiken 

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Vorige les 
Waar let je op als je een materiaal kiest?
Hoe herken je materialen en stoffen?
Waarvoor gebruik je metalen?

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Leervragen bij 1.4
  • Waar let je op als je een materiaal kiest?
  • Hoe herken je materialen en stoffen?
  • Waarvoor gebruik je metalen?
  • Smelten metalen bij dezelfde temperatuur?
  • Waarom gebruiken we veel kunststoffen?

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Leervraag: smelten metalen bij dezelfde temperatuur?

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Smeltpunt
Wat gebeurt er ook alweer bij het smeltpunt?
Hebben alle metalen hetzelfde smeltpunt?

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Smeltpunt
IJzer en tin zijn allebei metalen. Toch smelten ze niet bij dezelfde temperatuur. Elk metaal heeft een eigen smeltpunt. 

Het smeltpunt is een stofeigenschap. Aan het smeltpunt kun je een metaal herkennen.

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Kwik
  • Enige metaal dat bij kamertemperatuur vloeibaar is. 
  • Smeltpunt = -38,8 graden

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Kelvinschaal
0 Kelvin = -273  °C

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Omrekenen temperatuur (T)

T (in Celcius) = T (in Kelvin) - 273
T (in Kelvin) = T (in Celcius) + 273



Ezelsbruggetje: van Kelvin min naar Celcius


Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Celsius en Kelvin
A
Van Celsius naar Kelvin +273
B
Van Celsius naar Kelvin - 273
C
Van Kelvin naar Celsius -273
D
Van Kelvin naar Celsius +273

Slide 35 - Quiz

This item has no instructions

100 graden Celsius = ... Kelvin?
A
0 K
B
100 K
C
273 K
D
373 K

Slide 36 - Quiz

This item has no instructions

50 graden Celcius = .......... Kelvin?
A
223
B
-223
C
323
D
423

Slide 37 - Quiz

This item has no instructions

Aluminium smelt bij 660 graden Celcius hoeveel graden Kelvin is dit?
A
256
B
933
C
120
D
387

Slide 38 - Quiz

This item has no instructions

Leervraag: waarom gebruiken we veel kunststoffen?

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Kunststoffen voordelen

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Voorbeeld van kunststoffen
Kunst = door mens gemaakt

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Composiet:    Een groep samengestelde materialen
Composiet: Papier samengesteld met plastic voor bescherming.

Slide 42 - Slide

This item has no instructions

Composiet
  • Vaak zijn het kunststoffen die versterkt zijn met vezels. 
  • De vezels versterken de kunststof

Slide 43 - Slide

This item has no instructions

Binas
  • Vind je informatie over alle stoffen
  • Opdracht met Binas? Probeer dit te                                            Googlen, kan je gewoon maken. 

Slide 44 - Slide

This item has no instructions

Voorbeeld tabel

Slide 45 - Slide

This item has no instructions

Wat nu te doen
  • Maak opgave 17 t/m 26 van 1.4
  • Overleggen met degene naast je 
  • Klaar? aan mij laten zien (daarna maak opgaven op blz 39 over rekenen aan temperatuur). 

Pas opruimen als ik het aangeef!
timer
10:00

Slide 46 - Slide

This item has no instructions

Leervragen bij 1.4
  • Waar let je op als je een materiaal kiest?
  • Hoe herken je materialen en stoffen?
  • Waarvoor gebruik je metalen?
  • Smelten metalen bij dezelfde temperatuur?
  • Waarom gebruiken we veel kunststoffen?

Slide 47 - Slide

This item has no instructions

Einde van de les
  • Huiswerk: maak opgave 17 t/m 26 va 1.4

Je mag je spullen inpakken en pas gaan als de bel gaat!

Slide 48 - Slide

This item has no instructions