Woordenschat nacht thema

Woordenschat nacht thema
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsBasisschoolGroep 5

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Woordenschat nacht thema

Slide 1 - Slide

Flonkeren
A
Schijnen
B
Schitteren
C
Schuiven
D
Verblinden

Slide 2 - Quiz

Het Heelal
A
Alle landen op de Aarde.
B
Alle planeten, sterren en manen in de Melkweg.
C
Alles om de aarde, gaat oneindig door.
D
De Aarde, de Maan en de Zon.

Slide 3 - Quiz

Maangestallen
A
Alle manen die er zijn.
B
Alle vormen van de maan.
C
Alle mensen die op de maan zijn geweest.
D
Een stukje maan op de aarde.

Slide 4 - Quiz

Poolster
A
De ster recht boven de Zuidpool staat.
B
De ster die je alleen op de Noordpool ziet.
C
De sterren die samen een vorm maken.
D
De ster die recht boven de Noordpool staat.

Slide 5 - Quiz

het sterrenbeeld
A
Sterren die samen een vormpje maken.
B
Wanneer je bent geboren.
C
Een beeld van een ster.
D
Een ster die veel licht geeft.

Slide 6 - Quiz

de sterrenhemel
A
Stukjes ster op de Aarde.
B
Een plek waar mensen heen gaan als ze overlijden.
C
Alles wat licht geeft in de hemel.
D
De sterren die in de hemel schijnen.

Slide 7 - Quiz

Doezelen
A
slaperig zijn
B
half slapen
C
overdag slapen
D
diep slapen (snurken en al)

Slide 8 - Quiz

dommelen
A
slaperig zijn
B
half slapen
C
overdag slapen
D
diep slapen (snurken en al)

Slide 9 - Quiz

dutten
A
slaperig zijn
B
half slapen
C
overdag slapen
D
diep slapen (snurken en al)

Slide 10 - Quiz

klaar wakker
A
net wakker
B
helemaal wakker
C
klaar om te slapen
D
slapen

Slide 11 - Quiz

nachtbraker
A
iemand die in de nacht goed bijslaapt
B
iemand die in de nacht slecht kan slapen
C
iemand die tot in de nacht wakker blijft
D
iemand die in de nacht werkt

Slide 12 - Quiz

nachtploeg
A
een groep mensen die samen slapen
B
een groep mensen die in de nacht samen gaat gamen
C
een groep mensen die in de nacht werken
D
een groep mensen die in de nacht ploegen

Slide 13 - Quiz

nachtwaker
A
iemand die in de nacht monsters tegenhoudt
B
iemand die in de nacht wakker is
C
iemand die in de nacht veel droomt
D
iemand die in de nacht een gebouw bewaakt

Slide 14 - Quiz

schemerdonker
A
halfdonker (je krijgt een boete als je dan zonder licht fietst)
B
net licht
C
helemaal donker
D
bewolkt

Slide 15 - Quiz