6.3: De ogen

Neem je boeken voor je 
1 / 25
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 25 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Neem je boeken voor je 

Slide 1 - Slide

Thema 6 Zintuigen
  • Uitleg basisstof 3 en 4
  • Opdrachten maken basisstof 3 en 4

Slide 2 - Slide

Leerdoel
  •  je kunt de inwendige en de uitwendige delen van een oog noemen met hun functies en kenmerken
  • je kunt beschrijven hoe de pupilreflex de grootte van de pupil regelt.

Slide 3 - Slide

Basisstof 3 De ogen


Adequate prikkel => licht
zintuig   =>      gezichtszintuig
orgaan   =>       het oog

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Bescherming van het oog

Slide 6 - Slide

Zien met je ogen
De bouw van de ogen
Door de pupil komt licht het oog binnen

Achter de pupil ligt de lens: zorgt ervoor dat je scherp kunt zien

Slide 7 - Slide

Bouw van het oog
De bouw van de ogen
Het oog bestaat uit drie lagen: 
  • harde oogvlies
  • vaatvlies
  • netvlies

Slide 8 - Slide

De bouw van de ogen
In het netvlies ligt de gele vlek: hiermee kun je het scherpst zien

De plek waar de oogzenuw het oog verlaat is de blinde vlek

Slide 9 - Slide

Oogspieren


Draaien de ogen in je juiste richting.

Slide 10 - Slide

Verwerking van de stof
7e lesuur:
In de les: opdracht 12 t/m 15 (basisstof 3) blz. 68
8e lesuur:
Huiswerk: opdrachten 18 t/m 22(basisstof 4) blz. 71

Heb je het af? Kijk je antwoorden na. Daarna mag je iets voor jezelf doen of bezig met huiswerk voor de volgende les.


Slide 11 - Slide

6.4 De iris en de ooglens

Slide 12 - Slide

Werking van het oog

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Pupilreflex

  • Regelt de hoeveelheid licht die het oog binnen valt

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Zien

De lens kan boller en platter worden, zodat het licht precies op het netvlies valt

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

Bijziend & Verziend
De werking van de ogen
Bijziend: ziet dichtbij scherp. De lens is te bol of de oogbol is te lang

Verziend: ziet in de verte scherp. De lens is te plat of de oogbol te kort

Slide 23 - Slide

Negatief & postief
De werking van de ogen

Bijziend: ziet dichtbij scherp, veraf onscherp:
  • negatieve bril nodig (platte lens)

Verziend: ziet in de verte scherp, dichtbij onscherp:
  • positieve bril nodig (bolle lens)

Slide 24 - Slide

Huiswerk
Opdrachten 12 t/m 24 (en de opdrachten van basisstof 1 en 2 als je deze nog niet af had)




Slide 25 - Slide