What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Lesson 2: must, have to, should
Welcome!
1 / 17
next
Slide 1:
Slide
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
This lesson contains
17 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Welcome!
Slide 1 - Slide
Aim:
At the end of this lesson you know the difference between:
must
have to
should
Slide 2 - Slide
Programme
1 Start Up
2 Must, have to, should
3. Do your homework
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Should
Hoe ?
Should/should not + het hele werkwoord
Wanneer?
Als
jij
vindt dat iets (niet)
zou moeten.
Je geeft advies of je raad iets af.
Slide 7 - Slide
Voorbeelden
We
should
invite Kate to our birthday party.
You
shouldn't
go to bed so late.
He
should
eat less candy.
Slide 8 - Slide
Must
Hoe ?
must/must not + het hele werkwoord
Wanneer?
Als
jij
vindt dat iets (niet)
moet.
Must is krachtiger dan should.
Slide 9 - Slide
Voorbeelden
You
mustn't
talk during his presentation.
They
must
wear a suit to the interview.
Slide 10 - Slide
Has to
Hoe ?
has to/have to + hele werkwoord
Wanneer?
zekerheid, noodzaak of verplichting
wanneer iets moet van iemand anders / een regel of wet.
Slide 11 - Slide
Voorbeelden
This answer
has to
be correct (zekerheid)
The soup
has to
be stirred continiously to prevent burning.(noodzaak)
They
have to
wear a school uniform. (verplichting)
They
have to
be home at eight o'clock. (verplichting)
Slide 12 - Slide
Don't/doesn't have to
Hoe"?
don't have to/ doesn't have to + hele werkwoord
Wanneer?
Het betekent dan
'niet hoeven'.
Je geeft aan dat er
geen verplichting
is.
(het hoeft niet persé)
Slide 13 - Slide
Voorbeelden
You
don't have to
wear a tie with your suit.
She
doesn't have to
walk her dog.
I
don't have to
do the dishes.
Slide 14 - Slide
om aan te geven dat iemand anders vindt dat iets moet.
advies of een suggestie geven.
verplichtend!
should
must
have to
Slide 15 - Drag question
In the morning, farmers _______ milk their cows
A
have to
B
should
C
must
D
don't have to
Slide 16 - Quiz
oefenen
maken: opdracht 3 en 4 van §3.5
Slide 17 - Slide
More lessons like this
Modals (hulpwerkwoorden) theme 2
September 2022
- Lesson with
14 slides
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
herhaling chapter 2 must/have to/should
March 2021
- Lesson with
28 slides
Engels
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 2
Lesson 2: must, have to, should
September 2022
- Lesson with
21 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
V3 Modals (hulpwerkwoorden) theme 2
October 2022
- Lesson with
17 slides
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
Modals (hulpwerkwoorden) theme 2
November 2022
- Lesson with
12 slides
Engels
Middelbare school
vmbo k, havo, vwo
Leerjaar 3
Modals (hulpwerkwoorden) theme 2
August 2022
- Lesson with
20 slides
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
Gerund
November 2020
- Lesson with
28 slides
Engels
Middelbare school
havo
Modals (hulpwerkwoorden) theme 2
October 2018
- Lesson with
20 slides
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3