Les 4: Examentermen

• Verkoopcijfers
• MBO
• Studiejaar 1

Verkoopcijfers

Agenda

Mededelingen
Wat weet je nog of al?
Theorie / Instructie
Oefenen
Zelfstandig werken
Herhalen
Evalueren & Afsluiten

Spoorboekje

Mededelingen

Examentermen

Zelf oefenen

Samenvatten

Afsluiten

Mededeling

Laatste theorieles!

04-06-2019 examentermen

11-06-2019 proefexamen

18-06-2019 klassikaal nakijken

25-06-2019 vragen(v)uur

02-07-2019 examen

09-07-2019 herkansing

Leerdoelen

Leerdoelen

Welke examentermen moet je kennen om het examen te doen.

Kennisquiz begrippen

Pak je laptop of mobiel en doe mee!

verschil dat een handelaar berekent tussen de afzet tegen verkoopprijs en de afzet tegen inkoopprijs.

1. Omzet
2. Brutowinst
3. Afzet
4. Verkoopprijs

Aantal verkochte eenheden in een periode.

1. Omzet
2. Brutowinst
3. Afzet
4. Verkoopprijs

Brutowinst -/- exploitatiekosten

1. Omzet
2. Brutowinst
3. Afzet
4. Nettowinst

Afzet x verkoopprijs excl. BTW

1. Omzet
2. Brutowinst
3. Consumentenomzet
4. Nettowinst

Afzet x verkoopprijs incl. BTW

1. Omzet
2. Brutowinst
3. Consumentenomzet
4. Nettowinst

De prijs incl. BTW die je betaald voor je ingekochte goederen.

1. Inkoopfactuurprijs
2. Brutowinst
3. Consumentenomzet
4. Nettowinst

Afzet vermenigvuldigd met de inkoopprijs excl. BTW

1. Inkoopprijs
2. Inkoopwaarde van de omzet
3. Verkoopwaarde van de inkopen
4. Inkoopfactuurprijs

Een verhoudingsgetal waarmee de grootte van een bepaald verschijnsel wordt uitgedrukt ten opzichte van datzelfde verschijnsel in een andere periode.

1. Indexcijfer
2. Percentage
3. Brutowinst
4. Kostprijs

1. Indexcijfer
2. Absolute frequentie
3. Relatieve frequentie
4. Percentage

1. Cumulatieve absolute frequentie
2. Absolute frequentie
3. Relatieve frequentie
4. Percentage

1. Cumulatieve absolute frequentie
2. Absolute frequentie
3. Relatieve frequentie
4. Cumulatieve relatieve frequentie

1. Cumulatieve absolute frequentie
2. Absolute frequentie
3. Relatieve frequentie
4. Cumulatieve relatieve frequentie

​5​​5+5+5+5+5​​=5

1. Gewogen gemiddelde
2. Modus
3. Rekenkundig gemiddelde
4. Ongewogen gemiddelde

​19​​(5x5)+(5x10)+(5x4)​​=5

1. Gewogen gemiddelde
2. Mediaan
3. Rekenkundig gemiddelde
4. Ongewogen gemiddelde

1. Histogram
2. Taartgrafiek
3. Lineaire grafiek
4. Polygoon

1. Histogram
2. Taartgrafiek
3. Kruislaser grafiek
4. Frequentie polygoon

Patroon waarin je kunt zien dat bepaalde perioden meer omzet genereren dan andere perioden

1. Basisjaar
2. Seizoenpatroon
3. Permanence
4. Omzetverdeling

Examentermen verkoopcijfers

Kan berekeningen maken met verkoopcijfers

• Begrip: afzet, brutowinst, nettowinst, omzet, consumentenomzet, inkoopfactuurprijs, IWO

Kan verkoopcijfers (grafisch) presenteren

• Begrip: indexcijfers, absolute frequentie, cumulatieve frequentie, relatieve frequentie,  frequentietabel, gewogen gemiddelde, ongewongen gemiddelde, tabel, grafiek. 

Kan verkoopprognoses opstellen

• Begrip: omzetdoelstelling, seizoenspatroon.

Kan berekeningen maken met verkoopcijfers

• Kunnen berekenen van BTW
• Kunnen berekenen van brutowinstopslag
• Kunnen berekenen van brutowinstmarge
• Kunnen berekenen van consumentenomzet
• Kunnen berekenen van de inkoopwaarde van de omzet
• Kunnen berekenen van de omzet
• Opbouw verkoopprijs
• Verschil tussen bruto- en nettowinst

......

Kan verkoopcijfers (grafisch) presenteren

• Grafische presentatievormen
• Gtrafische weergave van frequentietabel
• Grafische weergave van verkoopresultaten
• Vereisten grafiek
• Vereisten tabel

......

Kan verkoopprognoses opstellen

• Belang evalueren van omzetresultaten (verkoopresultaten)

......

Leerdoelen behaald?

Weet je wat je moet kunnen en kennen voor het examen?

Wil je nog iets vragen of weten?

Volgende keer

Volgende keer

Oefenexamen

Zorg voor een rekenmachine