Lezen H2 - les 1

1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
  • startopdracht 
  • theorie bespreken
  • zelfstandig aan het werk

Slide 2 - Slide

Doelen

  • Ik kan de inleiding, het middenstuk en het slot van een tekst herkennen.
  • Ik kan de hoofdgedachte van een tekst herkennen.
  • Ik kan onderscheid maken tussen hoofd- en bijzaken.
  • Ik kan een eenvoudige tekst samenvatten.

Slide 3 - Slide

startopdracht

Slide 4 - Slide

Wat is de belangrijkste zin?
De burgemeester bezocht afgelopen zaterdag mevrouw de Jong voor haar honderdste verjaardag.
Mevrouw de Jong woont in een verzorgingshuis.
A
De burgemeester bezocht afgelopen zaterdag mevrouw de Jong voor haar honderdste verjaardag.
B
Mevrouw de Jong woont in een verzorgingshuis.

Slide 5 - Quiz

Wat is de belangrijkste zin?

Alle leerlingen van klas twee hebben maandagmiddag de boswachter geholpen. De leerlingen moesten op de fiets naar het bos. In het bos werden ze in groepen ingedeeld.
A
Alle leerlingen van klas twee hebben maandagmiddag de boswachter geholpen.
B
De leerlingen moesten op de fiets naar het bos.
C
In het bos werden ze in groepen ingedeeld.

Slide 6 - Quiz

Tekstopbouw en hoofdgedachte
Veel teksten bestaan uit drie delen:

inleiding
middenstuk
slot

Slide 7 - Slide

Inleiding
Je maakt kennis met het onderwerp van de tekst, bijvoorbeeld door:
- een voorbeeld
- een grappig verhaaltje (anekdote)
- uitleg over aanleiding voor het schrijven van de tekst

Slide 8 - Slide

middenstuk
In het middenstuk staat de meeste informatie over het onderwerp, vaak verdeeld in deelonderwerpen.

Tussenkopjes helpen je de deelonderwerpen te vinden.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

slot
In het slot wordt het belangrijkste uit de tekst vaak kort herhaald.

Soms wordt in het slot ook naar de toekomst gekeken of een advies gegeven.

Slide 11 - Slide

hoofdgedachte
  • geeft in één zin antwoord op de vraag: wat is het belangrijkste wat in de tekst over het onderwerp wordt gezegd?
  • kortste samenvatting van een tekst
  • vind je vaak in de inleiding of het slot van de tekst.

Slide 12 - Slide

hoofd- en bij zaken
hoofdzaken:
  • belangrijkste informatie in een tekst
  • vaak in de eerste of laatste zin van een alinea

bijzaken:
  • informatie die niet zo belangrijk is



Slide 13 - Slide

signaalwoorden
woorden waaraan je kunt zien dat er een voorbeeld of een uitleg volgt:
bijvoorbeeld, zoals, onder andere, omdat, want

Slide 14 - Slide

samenvatting
  • Zet de belangrijkste zinnen van de alinea's onder elkaar.
  • Voorbeelden of lange uitleg zet je meestal niet in de samenvatting.
  • Begin of eindig de samenvatting met de hoofdgedachte van de tekst.

Slide 15 - Slide

meer uitleg nodig?
video-uitleg Nieuw Nederlands

Slide 16 - Slide

weektaak
Hoofdstuk 2 Lezen: maken opdracht 1 t/m 4

Slide 17 - Slide

Doelen

  • Ik kan de inleiding, het middenstuk en het slot van een tekst herkennen.
  • Ik kan de hoofdgedachte van een tekst herkennen.
  • Ik kan onderscheid maken tussen hoofd- en bijzaken.
  • Ik kan een eenvoudige tekst samenvatten.

Slide 18 - Slide