1.2 Economische globalisering: oorzaken

Start les
Welkom bij Aardrijkskunde
1.2 Economische globalisering
Welkom
- zitten zo ver mogelijk vooraan
- spullen er bij pakken

Planning:
- Start 
- uitleg
- opdrachten
- afsluiting
1 / 26
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Start les
Welkom bij Aardrijkskunde
1.2 Economische globalisering
Welkom
- zitten zo ver mogelijk vooraan
- spullen er bij pakken

Planning:
- Start 
- uitleg
- opdrachten
- afsluiting

Slide 1 - Slide

Wat zijn voorbeelden van tijd-ruimte compressie?
A
De afstand van Hilversum naar Amsterdam is 30 km
B
Mijn nieuwe Nikes uit de VS komen morgen aan.
C
Morgen vlieg ik in 8 uur tijd naar New York
D
Ik ga met mijn ouders een week naar Bali in de voorjaarsvakantie.

Slide 2 - Quiz

Tijd-ruimte compressie is:
A
Proces waarbij de absolute afstand steeds langer wordt.
B
Proces waarbij de absolute afstand steeds korter wordt.
C
Proces waarbij landen steeds meer met elkaar gaan handelen.
D
Proces waarbij de relatieve afstand tussen twee plaatsen door moderne transport- en informatietechnologie daalt.

Slide 3 - Quiz

De relatieve afstand is
A
de berekende afstand
B
de hoeveelheid tijd, geld en moeite die het kost om van A naar B te gaan
C
de afstand hemelsbreed
D
zoals de vogel vliegt

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Slide

(2) De relatieve afstand tussen gebieden wordt steeds kleiner. Dat geldt echter niet voor deze migranten. Leg dit uit. Je uitleg bevat een oorzaak-gevolgrelatie. Gebruik het begrip relatieve afstand.

Slide 6 - Open question

Gebruik de atlas. Leg uit waarom Ceuta voor veel van deze migranten een favoriete bestemming is.

Slide 7 - Open question

Door betere vervoermiddelen wordt de relatieve afstand....
A
Groter
B
Hetzelfde
C
Kleiner
D
Minder goed

Slide 8 - Quiz

De relatieve afstand
A
kan niet veranderen
B
is voor iedereen anders
C
is altijd hemelsbreed
D
is voor iedereen hetzelfde

Slide 9 - Quiz

Lesdoelen
  • Je kent de verschillende oorzaken van economische globalisering.
  • Je begrijpt dat de manier waarop economische globalisering uitwerkt, samenhangt met de positie van een land in de wereldorde.

Slide 10 - Slide

MNO's
"Think global, act local"

Wat wordt hier mee bedoeld?
Is dit positief of negatief?


Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Vrijemarkteconomie
Na instorten communisme en toetreding China tot WTO is de vrije markteconomie leidend en is wereldhandel steeds vrijer
Gevolg:
  • Productie en uitwisseling van goederen en diensten wordt internationaler 
  • Gebieden met een gunstige ligging raken economisch steeds meer verbonden 

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Kenmerken vrijhandel
  • Geen handelsbelemmeringen
  • Prijs bepaalt door vraag
  • Weinig inspraak overheid
Na 1990 economische globalisering aflezen aan:
  1. Sterke stijging buitenlandse investeringen
  2. Groei internationaal transport- en communicatieverkeer
  3. Snelle toename wereldhandel

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Aan de slag
Ga bezig met §1.2 opdrachten 1 t/m 3

Slide 18 - Slide

Video met kijkvragen
1. Waarom begint Trump een handelsoorlog tegen China?

2. Wat zijn de gevolgen van de handelsoorlog?

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Trump begon in 2018 een handelsoorlog met China
  1. Hoe past deze ontwikkeling in de liberalisering van de wereldhandel?
  2. Welke protectionistische maatregelen kan Trump nemen?


Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Locatiefactoren voor een MNO
  1. De arbeidsmarkt
  2. Bereikbaarheid
  3. Belastingvoordelen
  4. Politieke instabiliteit

Slide 23 - Slide

Globalisering van de productie: hoe?

Slide 24 - Slide

Offshoring
Delen van het productieproces worden verplaatst naar andere landen (offshoring). Gevolg:
  1. De productieketen van goederen wordt opgedeeld en verspreid raakt over tal van gebieden.
  2. Een groot deel van de wereldhandel plaatsvindt tussen de verschillende vestigingen van de eigen multinational met als gevolg dat de handel en het vervoer veel sneller groeien dan de productie.

Slide 25 - Slide

Aan de slag
Maken: opdrachten 1.1 & 1.2
Samenvattingen


Slide 26 - Slide