Hoe lees je een kaart?

1.1 Sydney
1 / 25
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

1.1 Sydney

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Leerdoelen
- Je kunt 4 belangrijke onderdelen van een kaart noemen en herkennen
- Je kunt tenminste twee verschillen en twee overeenkomsten noemen tussen leven en naar school gaan in Sydney en jouw eigen omgeving
- Je kunt de bevolkingsdichtheid uitrekenen
- Je kunt afstanden op een kaart berekenen 


Slide 3 - Slide

Pak je schrift. Zet bovenaan:
H1, paragraaf 1: Sydney

Maak een begrippennet over Australië:
Schrijf zoveel mogelijk op wat je erover weet.

Slide 4 - Slide

Aardrijkskunde
Aardrijkskunde gaat over gebieden.

gebied = een stuk van de aarde.
vb: jouw eigen buurt, Sydney, werelddeel.

Vragen als je een gebied onderzoekt:
  • Waar zijn dingen?
  • Waarom zijn die dingen daar?

  • Waar is de haven van Sydney en waarom is die daar?

Slide 5 - Slide

Hoe lees je een kaart?

 • titel: onderwerp en/of gebied op de kaart.
noordpijl: geeft aan waar het noorden is.
 • legenda: betekenis van kleuren en symbolen.
 • schaal: hoeveel het gebied is verkleind. 




Slide 6 - Slide

Oefenen

3 sleepvragen met kaarten en 2 open vragen over de 4 onderdelen van een kaart:
titel
noordpijl
 • legenda
 • schaal 




Slide 7 - Slide

Titel
Legenda
Schaal
Noordpijl

Slide 8 - Drag question

Titel
Legenda
Noordpijl
Schaal

Slide 9 - Drag question

Welk onderdeel mist?
Noordpijl
Titel
Schaal
Legenda

Slide 10 - Drag question

Welke drie onderdelen moet elke kaart hebben om het goed te kunnen lezen?

Slide 11 - Open question

Welke van de vier onderdelen hoeft niet op een kaart te staan?

Slide 12 - Open question

Bevolkingsdichtheid?
En hoe reken je het uit?

Formule:   Aantal inwoners/ oppervlakte=      km2

Slide 13 - Slide

Bereken de bevolkingsdichtheid
In land A wonen 17.000.000 inwoners en het heeft een oppervlakte van 500.000


Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Een stad heeft 165.000 inwoners en een oppervlakte van 25.632.
Wat is de bevolkingsdichtheid?
A
14
B
6,43
C
15,67
D
4,65

Slide 16 - Quiz

Hoe werkt een schaal?

 Op elke kaart staat een schaal
 • schaal: hoeveel het gebied is verkleind. 

Een schaal is altijd in centimeters



Slide 17 - Slide

3

Slide 18 - Video

00:38
Op welke twee manieren kun je de schaal weergeven?
A
Met een schaalstok
B
Met de noordpijl
C
Met een legenda
D
Met een verhoudingsgetal

Slide 19 - Quiz

01:26
Hoeveel centimeters zitten er in een meter?
A
10
B
100
C
1000
D
100.000

Slide 20 - Quiz

01:46
Hoeveel plaatsen moet je de komma naar links opschuiven als je van centimeters naar kilometers rekent?
A
1
B
3
C
4
D
5

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Slide

De schaal is: 1 : 100.000
Hoeveel centimeter op de kaart is 1 kilometer in het echt?

Slide 23 - Open question

De schaal is: 1 : 25.000
Hoeveel centimeter op de kaart is 1 kilometer in het echt?

Slide 24 - Open question

De schaal is: 1 : 1.000.000
Hoeveel is 1 centimeter op de kaart in het echt?

Slide 25 - Open question