geschiedenis van de aarde

welkom
Ga rustig zitten
en pak je spullen er bij
1 / 21
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

welkom
Ga rustig zitten
en pak je spullen er bij

Slide 1 - Slide

lesdoel
  1. Je kunt een geologische tijdschaal aflezen.
  2. Je kunt benoemen dat soorten verwant zijn als ze een gemeenschappelijke voorouder hebben.
  3. je kunt uitleggen wat evolutie is.

Slide 2 - Slide

wat gaan we doen?
opdachten bespreken
theorie
aan de slag
stukje theorie
aan de slag
herhalen met lessonupvragen

Slide 3 - Slide

opdrachten bespreken
heb je het gemaakt?

1 t/m 4
blz 110

Slide 4 - Slide

geologische tijdschaal
tijdperken
perioden

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

 700 miljoen jaar geleden

Slide 9 - Slide

 251 miljoen jaar geleden

Slide 10 - Slide

65 miljoen jaar geleden 

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

aan de slag
maak opdracht 5,6, 8 en 9
blz 114
timer
6:00

Slide 13 - Slide

evolutie theorie van Darwin
er ontstaan steeds nieuwe genotypen
er vindt natuurlijke selectie plaats
er ontstaan nieuwe soorten

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

huiswerk
opdracht maak opdracht 5,6, 8 en 9
blz 114
en odpracht 1,2 en 3 van blz127
timer
7:00

Slide 17 - Slide

Welke stoffen kunnen mutagene effecten hebben?
A
Water, zuurstof, stikstof
B
straling, rook, asbest
C
Vitamines, mineralen, aminozuren
D
Koolhydraten, eiwitten, vetten

Slide 18 - Quiz

Wat is een mutatie?
A
Een virusinfectie
B
Een ziekte
C
Een verandering in het DNA
D
Een genetische afwijking

Slide 19 - Quiz

Wat is een voorbeeld van een genotype?
A
De set van alle genen in een organisme.
B
De positie van een organisme in de voedselketen.
C
Het aantal nakomelingen van een organisme.
D
Haarkleur, oogkleur of lengte.

Slide 20 - Quiz

Wat is een voorbeeld van een fenotype?
A
Haarkleur, oogkleur of lengte.
B
De positie van een organisme in de voedselketen.
C
De set van alle genen in een organisme.
D
Het aantal nakomelingen van een organisme.

Slide 21 - Quiz