B16 Kenmerken van kaarten

Schrijf de vraag en het antwoord in je schrift.
  1. Waarom groeit de bevolking?
  2. Hoe verschilt de groei van de bevolking per land?
  3. Waarom wonen op sommige plekken veel mensen?
  4. Waarom wonen op sommige plekken weinig mensen?
B16 Kenmerken van kaarten
1 / 27
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Schrijf de vraag en het antwoord in je schrift.
  1. Waarom groeit de bevolking?
  2. Hoe verschilt de groei van de bevolking per land?
  3. Waarom wonen op sommige plekken veel mensen?
  4. Waarom wonen op sommige plekken weinig mensen?
B16 Kenmerken van kaarten

Slide 1 - Slide

Schrijf de vraag en het antwoord in je schrift.
  1. Waarom groeit de bevolking?
  2. Hoe verschilt de groei van de bevolking per land?
  3. Waarom wonen op sommige plekken veel mensen?
  4. Waarom wonen op sommige plekken weinig mensen?
Leerdoel
In deze les leer je 
- wat een kaart is.
- welke 2 soorten kaarten er zijn.
- welke 4 dingen er op een goede kaart moeten staan.
- de windrichtingen die op een windroos staan.
- rekenen met de schaal.

Slide 2 - Slide

Kaart = Een verkleinde tekening van een stuk van het aardoppervlak.

Slide 3 - Slide

Schrijf de vraag en het antwoord in je schrift.
  1. Waarom groeit de bevolking?
  2. Hoe verschilt de groei van de bevolking per land?
  3. Waarom wonen op sommige plekken veel mensen?
  4. Waarom wonen op sommige plekken weinig mensen?
2 hoofdsoorten kaarten:
- Overzichtskaarten = geeft informatie over de ligging van
  steden, wateren, bergen, wegen en spoorlijnen en het 
  bodemgebruik.
Bijv.: staatkundige overzichtskaarten
- Thematische kaarten = gaan over een bepaald 
  onderwerp.
 
Bijv.: bevolkingsdichtheid 
Staatkundige overzichtskaart
Bevolkingsdichtheid

Slide 4 - Slide


Dit is een thematische kaart.
A
goed
B
fout

Slide 5 - Quiz

Waar gaat deze kaart over?

Slide 6 - Mind map

Waar gaat deze kaart over?

Slide 7 - Mind map

Dit heet: de .......

Slide 8 - Mind map

Schrijf de vraag en het antwoord in je schrift.
  1. Waarom groeit de bevolking?
  2. Hoe verschilt de groei van de bevolking per land?
  3. Waarom wonen op sommige plekken veel mensen?
  4. Waarom wonen op sommige plekken weinig mensen?
Op een goede kaart staan 4 dingen:
1. Titel
2. Legenda
3. Schaal
4. Noordpijl of windroos

Slide 9 - Slide

Schrijf de vraag en het antwoord in je schrift.
  1. Waarom groeit de bevolking?
  2. Hoe verschilt de groei van de bevolking per land?
  3. Waarom wonen op sommige plekken veel mensen?
  4. Waarom wonen op sommige plekken weinig mensen?
Legenda = Betekenis van de kleuren en de symbolen op de kaart.

Slide 10 - Slide

Schrijf de vraag en het antwoord in je schrift.
  1. Waarom groeit de bevolking?
  2. Hoe verschilt de groei van de bevolking per land?
  3. Waarom wonen op sommige plekken veel mensen?
  4. Waarom wonen op sommige plekken weinig mensen?
Noordpijl laat zien waar het noorden van de kaart is. Geen noordpijl dan is de bovenkant van de kaart het noorden.
Noordpijl

Slide 11 - Slide

N
Sleep de windrichtingen naar de juiste plaats bij de windroos.
Oosten
Zuiden
Westen

Slide 12 - Drag question

Noordoosten
Sleep de windrichtingen naar de juiste plaats bij de windroos.
Zuidoosten
Zuidwesten
Noordwesten

Slide 13 - Drag question

Schrijf de vraag en het antwoord in je schrift.
  1. Waarom groeit de bevolking?
  2. Hoe verschilt de groei van de bevolking per land?
  3. Waarom wonen op sommige plekken veel mensen?
  4. Waarom wonen op sommige plekken weinig mensen?
Windroos:

Slide 14 - Slide

Wat moet er staan bij cijfer 3?

Slide 15 - Mind map

Waarom staat de schaal bij een goede kaart?

Slide 16 - Mind map

Slide 17 - Slide

Schrijf de vraag en het antwoord in je schrift.
  1. Waarom groeit de bevolking?
  2. Hoe verschilt de groei van de bevolking per land?
  3. Waarom wonen op sommige plekken veel mensen?
  4. Waarom wonen op sommige plekken weinig mensen?
Schaal = de verhouding tussen de afstand op de kaart en de afstand in werkelijkheid.

  • 1:100.000
  • Je spreekt uit 1 staat tot honderdduizend
  • 1 cm op de kaart is in werkelijkheid 100.000 cm
  • 1 cm op de kaart is in werkelijkheid 1.000 m (cm → m = -2 nullen)
  • 1 cm op de kaart is in werkelijkheid 1 kilometer (cm → km -5 nullen)

Slide 18 - Slide

De schaal is 1:20.000.000
Twee plaatsen liggen 1 cm uit elkaar.
Hoeveel km liggen ze uit elkaar?

Slide 19 - Mind map

De schaal is 1:20.000.000
Twee plaatsen liggen 1 cm uit elkaar.
Hoeveel km liggen ze uit elkaar?
1 cm is 20.000.000 cm.
1 cm is 200 km (-5 nullen)

Slide 20 - Slide

De schaal is 1:20.000.000
Twee plaatsen liggen 5 cm uit elkaar.
Hoeveel km liggen ze uit elkaar?

Slide 21 - Mind map

De schaal is 1:20.000.000
Twee plaatsen liggen 5 cm uit elkaar.
Hoeveel km liggen ze uit elkaar?
1 cm is 20.000.000 cm.
1 cm is 200 km (-5 nullen)
5 cm is 5 x 200 km = 1.000 km

Slide 22 - Slide

Schrijf de vraag en het antwoord in je schrift.
  1. Waarom groeit de bevolking?
  2. Hoe verschilt de groei van de bevolking per land?
  3. Waarom wonen op sommige plekken veel mensen?
  4. Waarom wonen op sommige plekken weinig mensen?
Leerdoel
In deze les leer je 
- wat een kaart is.
- welke 2 soorten kaarten er zijn.
- welke 4 dingen er op een goede kaart moeten staan.
- de windrichtingen die op een windroos staan.
- rekenen met de schaal.

Slide 23 - Slide


Dit is een thematische kaart.
A
goed
B
fout

Slide 24 - Quiz

Welke 4 dingen staan op een goede kaart?

Slide 25 - Mind map

De schaal is 1:6.000.000
Twee plaatsen liggen 3 cm uit elkaar.
Hoeveel km liggen ze uit elkaar?

Slide 26 - Mind map

De schaal is 1:6.000.000
Twee plaatsen liggen 3 cm uit elkaar.
Hoeveel km liggen ze uit elkaar?
1 cm is 6.000.000 cm.
1 cm is 60 km (-5 nullen)
3 cm is 3 x 60 km = 180 km

Slide 27 - Slide