Fictie: hoofdpersonen

Doel van deze les: 


Personages, perspectief, sfeer en tijd
1 / 23
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Doel van deze les: 


Personages, perspectief, sfeer en tijd

Slide 1 - Slide

Personages

Hoofdpersoon: karakter, uiterlijk, naam, hobby's, eigenschappen

Bijpersonen: wel kenmerken, niet zo uitgebreid


Probleem hoofdpersoon: gepest, ziek, dood, dader, geheim,gevangen

bijpersonen: helpen of werken tegen

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Voorbeelden van fictie zijn
A
leesboeken
B
krant
C
strips
D
films

Slide 4 - Quiz

Voorbeelden van non-fictie zijn:
A
toneelstukken
B
kranten
C
autobiografieën
D
schoolboeken

Slide 5 - Quiz

In een verhaal krijg je veel informatie van de hoofdpersoon.
Bovenstaande uitspraak is
A
ik heb geen idee
B
waar
C
niet waar

Slide 6 - Quiz

Een bijpersoon speelt een minder belangrijke rol in een verhaal.
Bovenstaande uitspraak is
A
waar
B
niet waar
C
ik heb geen idee

Slide 7 - Quiz

Perspectief

Het uitgangspunt van de verteller:

ik-verteller


Je leest het boek/probleem/gebeurtenissen/gevoelens vanuit de ik-figuur die de hoofdpersoon is.

Je leeft mee met de ik-figuur/hoofdpersoon.

Het is herkenbaar, het lijkt of je het verhaal zelf meemaakt.


Slide 8 - Slide

Hoe noemen we het dat je kan meeleven en je herkent in de hoofdpersoon van een boek?
A
empathie en sympathie
B
sympathie en identificatie
C
empathie en identificatie
D
sympathie en ethiek

Slide 9 - Quiz

Sfeer
In het boek '54 minuten' van Marieke Nijkamp lees je het verhaal vanuit meerdere hoofdpersonen. 
Dit heet een wisselend perspectief.
De sfeer is dreigend, angstig, paniekerig.
Dit 'voel' je in het boek door de plaats waar het verhaal zich afspeelt en de omstandigheden waarin de personen zich bevinden.

Slide 10 - Slide

Recensie - 54 minuten
De sfeer is vol paniek, paniek over het feit dat de mensen in de aula opgesloten zitten en niet naar buiten kunnen. Angst over de vraag wie de schutter als volgende zal neerschieten. Iedereen kent hem, maar niemand weet waartoe hij echt in staat is. De sfeer blijft tot op de laatste bladzijde geweldig maar angstaanjagend.

Slide 11 - Slide

               Live Stream                                              
Bekijk de trailer en let op:
1. Wat is het perspectief?
2.Waar speelt het verhaal zich af?
3. Wat is het probleem van de hoofdpersoon?
4. In hoeveel tijd 'speelt' het verhaal?

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Link

1. Wat is het perspectief?
2.Waar speelt het verhaal zich af?
3. Wat is het probleem van de hoofdpersoon?
4. In hoeveel tijd 'speelt' het verhaal?

Slide 14 - Open question

10 - minuten lezen
Leesdoel:
Wie is/zijn de hoofdpersonen?
Is er een probleem?
Wie is/zijn de bijpersonen?
Op welke plaats speelt het verhaal?
Wat is de sfeer in het verhaal?
Wat is de tijd? (dag, jaar, week, heden, verleden)

Slide 15 - Slide

Sfeer

Met woorden wordt de sfeer besproken door bijv:
- Het weer

- De plaats waar het zich afspeelt 

- Het tijdstip.



                                  Ook plaatjes in het boek kunnen een bepaalde sfeer
                                  oproepen.


Slide 16 - Slide

Tijd

Tijd in de geschiedenis, de historische tijd:

Dat weet je uit dingen die je tegenkomt, bijv. bijvoorbeeld in een Middeleeuws verhaal kunnen geen computers voorkomen.


Tijdsvolgorde van het verhaal:

Is het verhaal precies op volgorde verteld ->chronologisch
zijn er vooruitblikken -> flash forwardof terugkijkmomenten -> flash back.


Slide 17 - Slide

Opdracht
Bekijk het volgende filmpje...

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Opdracht in drietallen
Kies samen één boek en voer net zo'n interview uit met (hoofd)personages als in het filmpje wat je net bekeken hebt.

Houd als richtlijn 5 minuten aan per filmpje

Slide 20 - Slide

Extra informatie
Wil je meer weten over:
personages of perspectieven

Kijk dan de volgende filmpjes

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

Slide 23 - Video