Step 1: Bekijk in elke zin waar iets staat over de
tijd.
Step 2: Kijk in elke zin waar iets staat over de plaats.
Step 3: Wat is de goede volgorde van plaats en tijd in een zin?
1. I arrived in Kalgoorlie this morning.
2. My friends and I had lunch at Hoovers Café in the afternoon.
3. We walked around the city centre until 5 p.m.