This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Quiz.
Wat weet jij na een jaar Duits nu (nog niet:)
over Duitsland?
Slide 2 - Slide
Hoeveel buurlanden heeft Duitsland?
A
4
B
5
C
11
D
9
Slide 3 - Quiz
Wat is de hoofdstad van Duitsland?
A
Köln
B
Hamburg
C
Berlin
D
München
Slide 4 - Quiz
Hoe heet de snelweg in het Duits?
A
Autobahn
B
Schnellweg
C
Fahrbahn
Slide 5 - Quiz
Van boven naar beneden is de Duitse vlag:
A
Zwart – goud - rood
B
Zwart – rood - goud
C
Goud – rood - zwart
D
Rood – zwart - goud
Slide 6 - Quiz
stopwatch
00:00
Welke 3 winkelketens zijn van oorsprong Duits?
(Sleep je antwoorden hierheen)
Slide 7 - Drag question
Wat is geen Duitse automerk?
A
Audi
B
Porsche
C
Volkswagen
D
KIA
Slide 8 - Quiz
Welke rivier is de langste rivier van Duitsland?
A
Donau
B
Weser
C
Rhein
D
Waal
Slide 9 - Quiz
Duits is de meest gesproken taal in Europa. Dat mensen in Zwitserland en Oostenrijk Duits praten, weet iedereen. Maar waar wordt het nog meer als moedertaal gesproken?
A
In Italië, België en Luxemburg
B
In Denemarken,
Liechtenstein en
Italië
C
In Zweden, Spanje en Luxemburg
Slide 10 - Quiz
Wat is het hoogste cijfer dat je in Duitsland op school kunt halen?
A
6
B
1
C
10
Slide 11 - Quiz
Een Duitse jongere spreekt zijn eigen oma aan met …
A
du (jij)
B
Sie (u)
Slide 12 - Quiz
Als jarige in Duitsland word je
A
niet gefeliciteerd
B
als enige gefeliciteerd
C
samen met je ouders gefeliciteerd
D
samen met de hele familie gefeliciteerd
Slide 13 - Quiz
Wat krijg je als je in Duitsland een Frikadelle bestelt?
A
een braadworst met saus
B
een soort gehaktbal
C
een broodje kroket
D
een frikandel met mayo curry en uitjes
Slide 14 - Quiz
'bellen' betekent in het Duits ...........
A
blaffen
B
roepen
C
schreeuwen
D
huilen
Slide 15 - Quiz
Een leerling zegt dat hij het vak "Physik" heel leuk vind. Welk vak is dit?
A
sport (bo)
B
natuurkunde
C
scheikunde
D
biologie
Slide 16 - Quiz
Slide 17 - Video
Op welke leeftijd wordt er in Duitsland bepaald op welk niveau je komt?
A
als je 10 bent
B
als je 6 bent
C
als je 12 bent
D
als je 14 bent
Slide 18 - Quiz
Okterberfest is ………..
A
een Koninginnedag in heel Duitsland
B
een groot volksfeest in München.
C
carnavalsoptocht in Keulen
D
een schoolfeest
Slide 19 - Quiz
Wie heißt diese Kirschtorte?
A
Aachener Kirschtorte
B
Berliner Kirschtorte
C
Schwarzwälder Kirschtorte
D
Frankfurter Kirschtorte
Slide 20 - Quiz
Wer ist kein Einwohner von Deutschland?
A
Frankfurter
B
Berliner
C
Hamburger
D
Schnitzel
Slide 21 - Quiz
Welches Lied hörst du?
A
Leuchtturm- Nena
B
99 Luftballons- Nena
C
Liebe ist- Nena
D
Atemlos durch die Nacht- Helene Fischer
Slide 22 - Quiz
Welche Marke kommt nicht aus Deutschland?
A
Dr. Oetker
B
Lipton
C
Haribo
D
Lidl
Slide 23 - Quiz
Welche Marke ist Deutsch?
A
Dove
B
L'Oreal
C
Nivea
D
Rituals
Slide 24 - Quiz
Welche Marken sind Deutsch?
A
Adidas
B
Hugo Boss
C
Puma
D
Nike
Slide 25 - Quiz
Wie viele Einwohner hat Deutschland im Jahr 2024?
A
80 Millionen
B
81 Millionen
C
82 Millionen
D
Mehr als 82 Millionen
Slide 26 - Quiz
Welche Stadt in Deutschland ist die größte?
A
München
B
Hamburg
C
Berlin
D
Trier
Slide 27 - Quiz
Was ist der häufigste Nachname in Deutschland?
A
Janßen
B
Müller
C
Schmidt
D
Schneider
Slide 28 - Quiz
Wie heißt dieses Gebäude und wo steht es?
A
der Bundestag in Berlin
B
der Reichstag in Berlin
C
der Reichstag in Köln
D
der Bundestag in Frankfurt
Slide 29 - Quiz
Wie heißt dieses berühmte Schloss?
A
Burg Elz
B
Schloss Neuschwanstein
C
Schloss Lichtenstein
D
Schloss Schwerin
Slide 30 - Quiz
Deutschland ist
A
Dreimal größer als die Niederlande.
B
Sechsmal größer als die Niederlande
C
Neun mal größer als die Niederlande.
D
Viermal größer als die Niederlande
Slide 31 - Quiz
Wat is de telefooncode van Duitsland?
A
+33
B
+42
C
+49
D
+52
Slide 32 - Quiz
Welke supermarktketen vind je niet in Duitsland? Duitsland?