This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Model-View-Controller architectuur
(MVC)
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
ik kan de delen van de MVC architectuur benoemen
ik kan de taken van deze onderdelen benoemen
ik weet waar ik deze onderdelen kan vinden
met vergelijkingsoperatoren
en samengestelde voorwaarden
Slide 2 - Slide
Architectuur
Net zoals een huis een architectuur heeft,
met muren, ramen, deuren, een dak
en alle verbindingen ertussen,
heeft een web applicatie dat ook.
Slide 3 - Slide
MVC architectuur
Een web applicatie gebouwd volgens de MVC architectuur
heeft als bouwstenen
Models
Views
en
Controllers
Slide 4 - Slide
De View
De View heeft 2 taken:
Het tonen van gegevens en plaatjes (GET)
Het de gebruiker mogelijk maken gegevens in te vullen in een formulier en deze gegevens op te sturen (POST)
Het Model
Het Model heeft 2 taken:
Het ophalen van gegevens uit de database (GET)
Het opslaan van gegevens in de database (POST)
De Controller
De Controller heeft 2 taken:
Verzoeken van de View om gegevens op te halen (GET) doorgeven aan het Model en de van het Model teruggekregen gegevens tonen in een View.
Verzoeken van de View om gegevens op te slaan (POST) doorgeven aan het Model en de van het Model teruggekregen gegevens tonen in een View.
Slide 5 - Slide
De View
De View wordt gebouwd met HTML, CSS en PHP.
De variabelen die de Controller heeft gevuld met data ontvangen van het Model kunnen in de View worden getoond.
Het Model
Het Model wordt gebouwd met PHP en SQL.
Voor het ophalen van data gebruikt het Model een SELECT query.
Voor het opslaan van data gebruikt het Model een INSERT query (nieuw record) of een UPDATE query (bestaand record)
De Controller
De Controller wordt volledig gebouwd met PHP.
De Controller vraagt aan het Model om data uit de database te halen en zet deze data in variabelen.
De Controller "include" een View die de data in de variabelen toont.
Variabelen met data
GET: De Controller ontvangt data van de View in de superglobal variable $_GET. De Controller vraagt het Model om data en plaatst deze data in variabelen en laat een View deze variabelen tonen.
POST: De Controller ontvangt data van de View in de superglobal variabele $_POST en geeft deze door aan het Model voor opslag in de database.