This lesson contains 14 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Geboorterituelen
Paragraaf 3.3
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
Je kunt uitleggen wat een ritueel is.
Je kunt van het hindoeïsme, het jodendom, het christendom en de islam geboorterituelen benoemen en uitleggen.
Slide 2 - Slide
timer
0:40
Welke gebruiken bij een geboorte ken je?
Slide 3 - Mind map
We lezen bladzijde 78
Wat is het verschil tussen een gebruik en een ritueel?
Slide 4 - Slide
Schrijf deze begrippen over in je schrift
Gebruik = Een gewoonte, een standaard manier van doen
Traditie = Gebruiken en gewoonten die van de ene generatie op de andere worden doorgegeven.
Ritueel = Een handeling met een meer speciale (een diepere) betekenis, het is een belangrijk en plechtig moment
timer
4:00
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Video
Opdracht
Op blz. 79 en 80 staan geboorterituelen van 4 godsdiensten beschreven. Je leest zelfstandig het stukje wat ik je geef. Bespreek daarna in twee- of drietallen de volgende vragen en noteer jullie antwoorden in je schrift:
1. Welk geboorteritueel kent de godsdienst? Leg dit uit.
2. Waarom hebben ze dit ritueel?
N.B. Ben je voor de gegeven tijd klaar, ga dan verder met een andere godsdienst.
timer
4:00
Slide 7 - Slide
Hindoeïsme
Punsavan
Mundan
Slide 8 - Slide
Jodendom
Besnijden
Slide 9 - Slide
Christendom
Dopen
Opdragen
Slide 10 - Slide
Islam
Influisteren gebed
Besnijdenis
Slide 11 - Slide
Pak je wisbordje
Slide 12 - Slide
Huiswerk voor volgende week:
Collage afmaken
Schrijf de begrippen (rood gedrukte woorden) van paragraaf 3.3 in je schrift en zet de betekenis erbij. Als de betekenis niet in het boek staat, zoek het dan op internet op.