eco 4 ho 7-8

Hoe kunnen we arme landen helpen?
1 / 21
next
Slide 1: Mind map
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Hoe kunnen we arme landen helpen?

Slide 1 - Mind map

Hoe kan Nederland de economische ontwikkeling van een arm land stimuleren?

Slide 2 - Open question

Wat is het doel van handelsbelemmeringen?

Slide 3 - Mind map

Wat is een nadeel voor een land voor het hebben van een monocultuur?

Slide 4 - Mind map

het inkomen van een Amerikaan is 20 keer zo hoog als dat van een Egyptenaar. toch kan hij niet 20 keer zo veel kopen. Reden?

Slide 5 - Mind map

De mensen in een ontwikkelingsland werken vooral in de.........sector
A
primaire
B
secundaire
C
tertiaire
D
quartaire

Slide 6 - Quiz

Jullie gaan een week naar Berlijn. Dit is
A
import
B
export

Slide 7 - Quiz

Buffervoorraden en grondstoffenovereenkomsten zorgen voor
A
meer inkomen in een arm land
B
minder inkomen in een arm land
C
onstabiele grondstofprijzen
D
stabiele grondstofprijzen

Slide 8 - Quiz

Als we met een buitenlandse vliegtuigmaatschappij naar Spanje vliegen is dat
A
export van goederen
B
import van goederen
C
export van diensten
D
import van diensten

Slide 9 - Quiz

Nederland heeft een..............economie
A
Open
B
Gesloten

Slide 10 - Quiz

De.......bestaat uit landen die de euro gebruiken
A
Benelux
B
EMU
C
ECB

Slide 11 - Quiz

Een overzicht van alle inkomsten en uitgaven aan het buitenland noemen we
A
dienstenbalans
B
goederenbalans
C
betalingsbalans

Slide 12 - Quiz

De koers van de Euro stijgt. voor Nederland wordt de import
A
duurder
B
goedkoper

Slide 13 - Quiz

De koers van de Dollar daalt. Daardoor worden producten uit Amerika ........voor ons
A
duurder
B
goedkoper

Slide 14 - Quiz

De EU kan maatregelen treffen om de eigen producten te beschermen t.o.v het buitenland. Dit noemen we
A
protectionisme
B
handelsbelemmeringen
C
A-B zijn beide goed

Slide 15 - Quiz

Als een rijk land rechtstreeks hulp biedt aan een arm land noemen we dat
A
gebonden hulp
B
structurele hulp
C
bilaterale hulp

Slide 16 - Quiz

Door globalisering komt er steeds meer internationale arbeidsverdeling
A
onjuist
B
juist

Slide 17 - Quiz

De ruilvoet van ontwikkelingslanden is slecht. Dit betekent
A
export is duur, import is goedkoop
B
export is duur import is duur
C
export is goedkoop import is duur

Slide 18 - Quiz

Microkrediet zijn kleine leningen aan lokale ondernemers. Deze worden verstrekt door hulporganisaties
A
allebei juist
B
alleen 1 juist
C
alleen 2 juist
D
beide onjuist

Slide 19 - Quiz

Wij kunnen arme landen helpen door
A
noodhulp
B
structurele hulp
C
fairtrade producten kopen
D
ABC zijn alle drie goed

Slide 20 - Quiz

Buffervoorraden zijn er om
A
prijsschommelingen tegen te gaan
B
de ruilvoet te verbeteren
C
het nationaal inkomen te verhogen

Slide 21 - Quiz