Les 5/2

1 / 26
next
Slide 1: Slide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Waar moet je het eerst naar kijken als er een A.C.I. staat in de zin?
A
persoonsvorm
B
accusativusvorm
C
infinitivus
D
onderwerp

Slide 20 - Quiz

Vocat eum bonum esse.
A
Hij roept dat hij goed was.
B
Hij riep dat hij goed was.
C
Hij roept dat hij goed is geweest.
D
Hij roept dat hij goed is.

Slide 21 - Quiz

Vocat eum bonum fuisse.
A
Hij roept dat hij goed is.
B
Hij roept dat hij goed was.
C
Hij riep dat hij goed is.
D
Hij heeft geroepen dat hij goed is.

Slide 22 - Quiz

De subjectsaccusativus is altijd de eerste accusativus in de zin.
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 23 - Quiz

De infinitivus in de A.C.I. is altijd de laatste infinitivus in de zin.
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 24 - Quiz

Putabam eam bonam fuisse.
A
Ik meende dat zij goed was.
B
Ik meende dat zij goed was geweest.
C
Ik meende dat zij goed is.
D
Ik meen dat zij goed is.

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Slide