Havo 2 - Wiederholungsstunde vor der Prüfung (Kapitel 1)

• Duits
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Wiederholungsstunde Havo 2

Schreibecke

Wörterlisten

A+B+D/F+G

Persoonlijk voornaamwoord

+ haben/sein

Vragend

voornaamwoord

Toetsstof

Getallen+ Rangtelwoorden

Zwakke 

werkwoorden

Welk onderdeel van de toetsstof vind jij op dit moment nog lastiger?

Woordjes leren

Zinnen leren

Persoonlijk vnw. +haben/sein

Vervoeging zwakke werkwoorden

Getallen+ Rangtelwoorden

Wat gaan we doen deze les?

Deel 1: Herhaling van de uitleg 

- haben/sein

- zwakke werkwoorden 

- Getallen / Rangtelwoorden

Deel 2: Oefenen met de toetsstof 

Grammatica onderwerp 1

haben & sein Präsens

ich	habe	bin
du	hast	bist
er/sie/es	hat	ist
wir	haben	sind
ihr	habt	seid
sie/Sie	haben	sind

Het werkwoord haben

ich

du

er/sie/es

wir

ihr

sie/Sie

habe

hast

hat

haben

habt

haben

Het werkwoord sein

ich

du

er/sie/es

wir

ihr

sie/Sie

bin

bist

ist

sind

seid

sind

Grammatica onderwerp 2

????

                             Feesttenten

Vervoeging zwak werkwoord

	machen	wohnen	spielen
ich	mach e	wohn e	spiel e
du	mach st	wohn s t	spiel st
er/sie/es	mach t	wohn t	spiel t
wir	mach en	wohn en	spiel en
ihr	mach t	wohn t	spiel t
sie/Sie	mach en	wohn en	spiel en

ich

du

er/sie/es

wir

ihr

sie/Sie

st

t

en

t

en

e

Grammatica onderwerp 3

Rangtelwoorden

1 + 3 onregelmatig

2 & 4 tot 19 = Zahl + te

vanaf 20 = Zahl + ste

1e = Erste

3e = Dritte

 5e = ?

50e= ?

Sleep de juiste getallen bij elkaar

dreißig

hundert

sechzehn

fünfundvierzig

siebzehn

achtundachtzig

fünfzig

sechzig

30

100

16

88

45

17

50

60

Zijn de getallen juist (richtig) of fout (falsch) gespeld?

Richtig

Falsch

fünf

sechs

sieben

zehn

achtzehn

eins

swei

swölf

zwölf

zwei

dreizhen

dreizehn

siben

sechszehn

sechzehn

Ik snap de uitleg van de grammatica onderwerpen

😒🙁😐🙂😃

Ik weet wat ik moet leren/ kunnen voor de toets

Jazeker

Nee geen idee

Nog niet helemaal

Woordjes oefenen	Blz. 24 t/m 27+ 37+ 38
Getallen/ Rangtelwoorden	Blz. 5+ 6+ 7+ 8+ 16+ 40 Blz. 18 (Rangtelwoorden)
Schreibecke oefenen	Blz. 35+ 39
haben/ sein	Blz. 12+ 13+ 17
Zwakke werkwoorden	Blz. 19, 23
Vragend voornaamwoord	Blz. 10, 11, 15

Of oefen online met learningapps (zie mail voor link) 

Of maak de oefentoets met alle stof op blz. 34-36