hoofdstuk 6

1 / 24
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Hoe noemde Columbus de mensen in het land waar hij met zijn bootje aankwam?
A
Amerikanen
B
Indianen
C
Afrikanen
D
Europeanen

Slide 2 - Quiz

Waarom wilden de Europeanen andere werelddelen ontdekken? Wat hadden ze nodig?
A
Specerijen
B
Slaven
C
Kleding
D
Beter weer

Slide 3 - Quiz

Columbus kwam na lang varen aan land. Waar dacht hij dat hij was?
A
Amerika
B
Rusland
C
Europa
D
Indië

Slide 4 - Quiz

De Spanjaarden kwamen in Amerika andere volken tegen. Hoe leefden die?
A
Als boer in kleine dorpjes
B
Als jagers & verzamelaars
C
In grote steden met markten

Slide 5 - Quiz

Kies het juiste antwoord.
De Europese overzeese uitbreiding betekent dat …
A
er veel verschillende culturen in Europa bijkwamen, wat zorgde voor een verandering in de maatschappij.
B
Europeanen in andere werelddelen hun invloed gingen uitoefenen op gebied van godsdienst, economie, cultuur en politiek.

Slide 6 - Quiz

De koning van ________________________ stuurde na de ontdekking van Amerika veroveraars.
A
Nederland
B
Italië
C
Portugal
D
Spanje

Slide 7 - Quiz

'We werken 16 uur per dag, 7 dagen in de week. Nooit hebben we rust of worden we met rust gelaten. Vrij zijn we niet. Iemand anders bezit ons om het zware werk op te knappen. Het geld dat ze aan ons verdienen houden ze voor zichzelf. Ons leven is uitzichtloos, we werken letterlijk tot we er bij neervallen.'

Wie zegt dit?
A
Ontdekkingsreiziger
B
Slaaf
C
Soldaat
D
Plantagebezitter

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Slide

Wat is de aardas?
A
De lijn die de aarde verdeeld in noordelijk en een zuidelijk halfrond.
B
De lijn die de aarde verdeeld in een westelijk en een zuidelijk halfrond
C
De lijn de aarde maakt als hij om de zon draait.
D
De lijn dwars door de aarde waar de aarde in 24 uur omheen draait.

Slide 10 - Quiz

Wat voor klimaat heeft Nederland?
A
Tropisch regenwoudklimaat
B
Poolklimaat
C
Zeeklimaat
D
Landklimaat

Slide 11 - Quiz

Welke plantenzone hoort bij deze omschrijving:
Altijd groen en vele soorten planten en bomen

A
Loofbos
B
Tropisch regenwoud
C
Naaldbos
D
Steppe

Slide 12 - Quiz

Welk klimaat vindt je op hoge breedte?
A
Woestijnklimaat
B
Landklimaat
C
Zeeklimaat
D
Poolklimaat

Slide 13 - Quiz

Wat hoort niet bij neerslag?
A
Regen
B
Sneeuw
C
IJzel
D
Wind

Slide 14 - Quiz

Wat is het klimaat?
A
de temperatuur gemeten over een langere periode
B
de gemiddelde temperatuur en neerslag gedurende een langere periode
C
het weer
D
zeeklimaat

Slide 15 - Quiz

Welk seizoen hebben we nu in Nederland volgens het plaatje?
A
Zomer
B
Winter

Slide 16 - Quiz

Waarom zijn er verschillende klimaten?
A
Verschil in breedteligging
B
Verschil in hoogteligging
C
Ligging dicht aan of ver van de zee
D
Alle drie antwoorden zijn juist

Slide 17 - Quiz

Bij welk klimaatgebied hoort deze begroeiing?
A
Zee klimaat
B
Land klimaat
C
Tropisch klimaat
D
Woestijn klimaat

Slide 18 - Quiz

Bij welk klimaatgebied hoort deze begroeiing?
A
Tropisch klimaat
B
Land klimaat
C
Koude klimaat
D
Zee klimaat

Slide 19 - Quiz

Bij welk klimaatgebied hoort deze begroeiing?
A
Tropisch klimaat
B
Poolklimaat
C
Zee klimaat
D
Woestijn klimaat

Slide 20 - Quiz

Welk seizoen hebben we nu in Nederland volgens het plaatje?
A
Zomer
B
Winter

Slide 21 - Quiz

Op welke breedte komen tropische regenwouden voor?
A
Hoge breedte
B
Lage breedte
C
Gemiddelde breedte
D
Overal

Slide 22 - Quiz

In welke plantenzone verliezen bomen hun blad?
A
Tropisch regenwoud
B
Woestijn
C
Loofbos
D
Naaldbos

Slide 23 - Quiz

In een klimaatgrafiek wordt de temperatuur aangegeven met....
A
een rode lijn
B
rode kolommen
C
een blauwe lijn
D
blauwe kolommen

Slide 24 - Quiz