De 89-jarige mevrouw Van den Hoogen is weduwe en woont zelfstandig. De laatste jaren wordt de mobiliteit van mevrouw minder, ze beweegt zich wat onzeker. Mevrouw draagt steunkousen. Ze heeft sinds kort een nieuw gehoorapparaat, omdat haar gehoor achteruit is gegaan.
Mevrouw Van den Hoogen heeft een dochter die haar wekelijks bezoekt. Vaker lukt helaas niet, doordat ze een drukke baan heeft. Mevrouw vindt dit wel jammer, een praatje vindt ze wel gezellig.
Verzorgende Eva komt bij mevrouw Van den Hoogen om haar te helpen haar steunkousen aan te trekken. De benen lijken vandaag wat dikker. Eva krijgt de kousen niet over de enkels van mevrouw. Ze kan er een putje in drukken. Ook zit er een grote blauwe plek op haar linker scheenbeen. Eva gaat met haar hand langs de blauwe plek. Hierop reageert mevrouw geschrokken en trekt ze haar been terug. ‘Laat die kousen maar uit kind, ik doe rustig aan en blijf wel wat meer zitten. Dat heb ik gisteren ook gedaan.’ Dus Eva laat de kousen maar even voor wat ze zijn.
Op Eva’s vragen gaat mevrouw niet in. Vreemd! Normaal is ze wel in voor een gezellig praatje. Eva probeert alle informatie op een rijtje te zetten.