Examentraining Schrijven 2F, 1e bijeenkomst

De beste wensen voor iedereen!
1 / 31
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

De beste wensen voor iedereen!

Slide 1 - Slide

Wat staat er op de planning?

Slide 2 - Slide

LET OP:
Heb je een herkansing CE?
Kijk in je TCR-mail.

Slide 3 - Slide

Waarom deze lessen?
Het Examen Schrijven komt eraan! Daarom trainen op vaardigheden die nodig zijn om het examen Schrijven goed te kunnen maken.

Slide 4 - Slide

Wat gaan we vandaag doen?
Naast oefenen met schrijven van lange teksten is er veel aandacht voor spelling en grammatica in de lessen. 
Deze week staat het schrijven van een informatieve tekst en werkwoordspelling centraal.

Slide 5 - Slide

Lesdoelen: Aan het eind van deze les....
  • Kun je je goed voorbereiden op het schrijven van een langere tekst.
  • Kun je werkwoorden in de tegenwoordige en verleden tijd correct vervoegen.
  • Kun je een korte en krachtige informatieve tekst schrijven.

Slide 6 - Slide

Mini-whiteboards
  1. Wat moet je doen VOORDAT je begint met het schrijven van een lange tekst?
  2. Uit welke 3 onderdelen bestaat een tekst?
  3. Wat weet je nog over signaalwoorden en tekstverbanden?
  4. Waarom moet je die gebruiken bij het schrijven van een tekst?

Slide 7 - Slide

Herhalen werkwoordspelling
7 x Tegenwoordige tijd

Slide 8 - Slide

Ik ..... hier niets wijzer van! (worden, tt)

Slide 9 - Open question

Suzan ..... dat onze hond al een paar dagen ziek is. (vermoeden, tt)

Slide 10 - Open question

De boekhouder ..... morgen zijn kantoor. (ontruimen, tt)

Slide 11 - Open question

Waardoor ..... je je vingers toch altijd? (branden, tt)
A
brand
B
brandt

Slide 12 - Quiz

Onze coach ..... , omdat we de wedstrijd hebben gewonnen. (trakteren, tt)
A
trakteerdt
B
trakeerd
C
trakteer
D
trakteert

Slide 13 - Quiz

....... het nou zelf maar uit! (vinden, tt)
A
Vind
B
Vindt

Slide 14 - Quiz

Frans ...... die voetballer om zijn spelinzicht. (bewonderen, tt)
A
bewonder
B
bewondert

Slide 15 - Quiz

Herhalen werkwoordspelling
7 x Verleden tijd

Slide 16 - Slide

Het weer ..... met de dag. (veranderen, vt)

Slide 17 - Open question

De leerlingen ....... de vloer in de kantine. (schrobben, vt)

Slide 18 - Open question

De studenten .... over een moeilijke examenopgave. (peinzen, vt)
A
peinzden
B
peinsden
C
peinzten
D
peinsten

Slide 19 - Quiz

Mijn ouders ..... mij bijna nooit. (straffen, vt)
A
straften
B
strafden

Slide 20 - Quiz

Op straat ..... hij mij vriendelijk goedendag. (knikken, vt)
A
knikde
B
knikte

Slide 21 - Quiz

Toen ..... ik mijn vader alles eerlijk op. (opbiechten, vt)

Slide 22 - Open question

Vroeg in het voorjaar .... de boer al zijn land. (bemesten, vt)

Slide 23 - Open question

Nieuwe theorie
2.1 Informatieve teksten 

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Aan de slag ......
Voor deze opdracht krijg je twee bijeenkomsten de tijd.
Deze week:
Ga naar Nu Nederlands
2e druk: Maak opdracht 2.5: opdrachten 1, 2 en 3 Examenopdracht bij Schrijven Techniek
3e druk: Maak opdracht 2: opdrachten 1 A, B en C Kort en Krachtig bij Schrijven Techniek Studie en Beroep
Volgende week:
Ga naar Nu Nederlands
2e druk: Maak opdracht 2.5: opdracht D Examenopdracht bij Schrijven Techniek (cijfer)
3e druk: Maak opdracht 2: opdracht 4 Kort en Krachtig bij Schrijven Techniek Studie en Beroep  (cijfer)



Slide 31 - Slide