This lesson contains 24 slides, with interactive quiz, text slides and 7 videos.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Startopdracht - Zelfstandig stil
Noteer in je schrift of boek welke kiezen bij een planteneter, vleeseter en alleseter heeft.
Schrijf daarbij of ze korte, lange of middellange darmen hebben.
Loop rustig het lokaal binnen en praat zachtjes
Ga zitten op je stoel
Je jas hang je over je stoel
Pak je boek + pen en chromebook
Stop met praten als de les begint
timer
3:00
Slide 3 - Slide
Startopdracht
Noteer in je schrift of boek welke kiezen bij een planteneter, vleeseter en alleseter heeft.
Schrijf daarbij of ze korte, lange of middellange darmen hebben.
Antwoorden
Planteneter: plooikiezen, lange darmen
Vleeseter: knipkiezen, korte darmen
Alleseter: knobbelkiezen, middellange darmen
Slide 4 - Slide
Overzicht
Slide 5 - Slide
planteneters
vleeseters
alleseters
herbivoor
carnivoor
lange darmen
korte darmen
middellange darmen
knip kiezen
plooi kiezen
knobbel kiezen
omnivoor
Slide 6 - Drag question
Programma
Leerdoelen
Uitleg basisstof 7 --> Nadenken over eten
Video vlees eten --> 3,5 min.
Video kweekvlees --> 3,5 min.
Opdrachten maken
Afsluiting
Slide 7 - Slide
Voeding en vertering
2.1 Voedingsmiddelen en voedingsstoffen 2.2 Het verteringsstelsel 2.3 De organen voor vertering 2.4 Gezonde voeding 2.5 Voedselbederf 2.6 Voeding/vertering bij zoogdieren
2.7 Nadenken over eten
2.8 Productinformatie
Slide 8 - Slide
Leerdoelen 2.7
Je kunt uitleggen dat minder vlees eten beter is voor de gezondheid en voor het milieu.
Slide 9 - Slide
Vlees eten
Vlees bevat: -Eiwitten
-B-vitaminen (stofwisseling + zenuwstelsel)
-IJzer (rode bloedcellen)
Te veel (rood) vlees:
Kans op beroerte, diabetes type 2, darm- en longkanker
Slide 10 - Slide
Geen vlees eten
Dierenleed
Lagere kans op ziektes
Milieu
Extra groente en fruit eten
Vitamine C
Extra B12
Slide 11 - Slide
Vee houden
Je kunt kiezen voor geen of minder vlees vanwege het milieu.
Voedsel is verantwoordelijk voor 20 tot 35% van de uitstoot van alle broeikasgassen.
Meer dan de helft daarvan komt van zuivel en vlees. Minder vlees eten levert dus veel milieuwinst op.
Slide 12 - Slide
Vee houden
Veel land, water en voer nodig
Broeikasgassen: boeren, winden laten en mest
Het voer moet worden verbouwd en vervoerd
Slide 13 - Slide
Landbouw gebruik
Slide 14 - Slide
Vegetariër/veganist
Een vegetariër eet geen voedingsmiddelen die door het doden van dieren zijn verkregen.
Een veganist gebruikt helemaal geen dierlijke voedingsmiddelen.
Een flexitariër kiest ervoor om af en toe vlees te eten.
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Video
Slide 17 - Video
Kweekvlees
Bekijk de video over kweekvlees: een hamburger uit het laboratorium.
Wat is de reden voor het ontwikkelen van kweekvlees?