This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 55 min
Items in this lesson
Paragraaf 3.2 Geboren om te heersen
Klas 1K
Slide 1 - Slide
Planning
Leerdoelen
Herhaling vorige les
Stukje voorlezen
Uitleg paragraaf 3.2
Aan de slag met de werkwijzer
Controleren leerdoelen
Slide 2 - Slide
Leerdoelen
Je kunt uitleggen welke soort mensen in het Romeinse leger zaten.
Je begrijpt waaraan Julius Caesar zijn succes te danken heeft.
Slide 3 - Slide
Hoe noem je het politieke centrum van Rome?
A
Forum
B
Akropolis
C
Republiek
D
Polis
Slide 4 - Quiz
Wat kun je vertellen over het volk de Etrusken?
Slide 5 - Open question
Begrippen
Caeser
Vaste keizertitel. Ons woord keizer komt daarvandaan. Vanaf het jaar 285: titel voor de onderkeizer.
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Soldaat in plaats van boer
Legers vochten veel verder weg
Romeinse legers bestonden uit burgers/ boeren
Onderdeel van een legioen
Vanaf 2e eeuw arme vrijwilligers
Boerderijen werden overgekocht
Mensen uit veroverde gebieden tot slaaf gemaakt
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Video
Slide 10 - Slide
Vraag
Waarom lukte het Julius Caesar om een enorm rijk te kunnen veroveren?
Door zelf alle gebieden te veroveren
Zijn opvolgers veroverden het grootste deel van zijn rijk
Hij beloonde zijn soldaten flink en daardoor steunden zij hem altijd en overal
Slide 11 - Slide
Julius Caesar
Verder van Rome vechten had voordelen voor legercommandanten
Julius Caesar veroverde Gallië
Soldaten steunden hem altijd en overal
Met die veroveringen kwamen de Romeinen meer onze kant op
Opvolgers veroverden groot gedeelte van Noordwest-Europa
Slide 12 - Slide
Vraag
Waarom lukte het Julius Caesar om een enorm rijk te kunnen veroveren?
Door zelf alle gebieden te veroveren
Zijn opvolgers veroverden het grootste deel van zijn rijk
Hij beloonde zijn soldaten flink en daardoor steunden zij hem altijd en overal
Slide 13 - Slide
Tijdlijn
Lof der zotheid.
Volgens legende Rome gesticht
Koning verjaagd, Rome wordt een republiek
Carthago verslagen, begin grote veroveringen
Griekenland wordt onderdeel van het Romeinse rijk
753 v.Chr.
509 v.Chr.
201 v.Chr.
146 v.Chr.
Slide 14 - Slide
Aan het werk
Wat? Ga aan de slag met je werkwijzer. We hebben vandaag het tweede deel van paragraaf 3.2 behandeld. Dit is huiswerk.
Hoe? In je werkboek, in je schrift met behulp van je werkwijzer.
Hulp? De docent en je boek.
Tijd? 20 min.
Uitkomst? Alvast bezig met de toetsvoorbereiding.
Klaar? Ga verder met het volgende gedeelte van de werkwijzer.
Slide 15 - Slide
Controleren leerdoelen
Wat? Op je post it schrijf je een vraag over iets wat ik heb uitgelegd deze les. Deze vraag geef je door aan je buurman/vrouw. Jullie beantwoorden elkaars vraag.