This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Burgerschap:
Stereotype, Labels ,Vooroordelen
Discriminatie.
Slide 1 - Slide
Planning:
Terugblik
Stereotype
Labels
Vooroordelen
Discriminatie
Mini opdracht (wel belangrijk!)
Slide 2 - Slide
Terugblik: Groepen / Rollen / Bubbels (Cultuur)
Slide 3 - Mind map
Vader en zoon zitten in een auto en krijgen een zwaar ongeluk. De vader is lichtgewond en de zoon is zwaargewond. De jongen wordt daarom direct naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis afgevoerd. Als de jongen wordt binnen gereden zegt de chirurg “Ik kan deze jongen niet opereren dit is mijn zoon!” Vraag: Hoe kan dit?
Slide 4 - Open question
Stereotype
Stereotype : Hulpmiddel om efficiënt in te schatten of iemand binnen een groep behoord. Deze wordt gebaseerd op oppervlakkige kenmeren of (aangeleerde) verwachtingen.
Zijn stereotype slecht?
Antwoord: Zolang je deze stereotype niet als absolute waarheid neemt dan is er niets mis mee.
Slide 5 - Slide
Stereotype voorbeeld
Slide 6 - Slide
Labels
Labels: Hulpmiddel (benamingen) om efficiënt eigen gedrag (omgangsvormen) aan te passen aan mensen door middel van 'stereotype' Mensen hebben vaak meer dan 1 label.
Plaats de label bij de persoon ( 2 labels per persoon)
Persoon 1
Persoon 2
Persoon 3
Zwanger
Onbeleefd
Oud
Docent
Vrouw
Lang
Kort
Mooi
Jong
Christen
Kaal
Slide 8 - Drag question
Vooroordelen
Bij een vooroordeel zet je mensen in een hokje waarover jij een mening hebt. Dit kan een positieve of negatieve mening zijn.
Deze mening bepaald vervolgens hoe jij omgaat met de mensen die jij in het hokje gezet heb. De aanname is vaak dat wanneer “enkele” mensen die binnen het hokje vallen (vul hier de mening in) zijn dan zal de rest ook wel zo zijn.
Bijvoorbeeld: "Ik ben goed bevriend met een paar Belgen" kan worden; "Belgen zijn vriendelijk"
Slide 9 - Slide
Discriminatie
Discriminatie: De ongelijke omgang met mensen van een andere groep. Dit uit zich in negatieve omgangsvormen met als doel om de ander duidelijk te maken dat hij/zij minder waardig is.
Discriminatie hoeft niet bewust te zijn. (Maar dat maakt het niet goed natuurlijk!)
Slide 10 - Slide
Is het discriminerend als iemand denkt dat Fatima niet geschrikt is als agent?
A
Ja
B
Nee
Slide 11 - Quiz
Een politie chef kiest Mieke over Fatima omdat zij beter door de test kwam, is dit discriminatie?
A
Ja
B
Nee
Slide 12 - Quiz
Een politie chef kiest Mieke over Mark omdat vrouwen beter zijn in PR werk. Is dit discriminerend?
A
Ja
B
Nee
Slide 13 - Quiz
"Huiswerk" opdracht
Wat: Maak een boodschappen lijstje van 5 artikelen die niet mogen ontbreken op een school evenement dat jullie organiseren.
Hoe: Ga naar www.ah.nl en voeg de 5 artikelen in je winkelmandje. Maak hier een screenshot van. Deze heb je begin volgende les!