Grammatica: much, many, a little, a few, a lot - 2E, 2G

Welcome to English class 2G!
1 / 32
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Welcome to English class 2G!

Slide 1 - Slide

Today's schedule
1.  Introduction
2. Explanation grammar - Much &  Many
3. Grammar practise 
4. Check answers
5. Reward (Blooket)
6. Lesson goal check
7.  End of class

Slide 2 - Slide

Grammar: Goals of the day 
I can use  much and many correctly in a sentence.
I know when to use a few, a little or lots of in my daily life

Slide 3 - Slide

Kijk naar de voorbeelden

wat zou de regel kunnen zijn?


I don't have much money.
How many friends do you have?
He has got many books.
They drink much coffee.
timer
1:00

Slide 4 - Slide

Wanneer gebruik je much and wanneer gebruik je many?

Slide 5 - Open question

Uitleg
  • Much gebruik je voor ''uncountable'' nouns = znw. die geen meervouden hebben, zoals money, time, water
  • Many gebruik je voor ''countable'' nouns = znw. die een meervoud hebben, zoals coins, books, dogs 

Slide 6 - Slide

Overzicht
Let wel op! Als je een vragende zin begint met ''How'' dan kan je much and many gebruiken!

Slide 7 - Slide

De regel
Much gebruik je voor "uncountable" nouns = znw die geen meervoud hebben bv money

Many gebruik je voor "countable"nouns = znw die een meervoud hebben bv coins

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

I have got ...................................sisters.
A
MANY
B
MUCH

Slide 10 - Quiz

There is .........................wind today.
A
MANY
B
MUCH

Slide 11 - Quiz

This city has ... beautiful buildings.
A
much
B
many

Slide 12 - Quiz

I don't have ....... friends.
A
much
B
many

Slide 13 - Quiz

3. There isn't .... space left.
A
much
B
many

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Slide

Uitleg: (a) Little/ (a) Few
  • 'Een beetje' kun je vertalen met: (a) Little = bij znw die je NIET kunt tellen
  • 'Een paar' kun je vertalen met: (a) Few = bij znw die je WEL kunt tellen.
  • Examples:
  • There's a little time left to visit our grandparents.
  • There are a few cool apps I would like to download.

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

He speak ------- Spanish, so we were able to find our way in Madrid.
A
a little
B
a few

Slide 18 - Quiz

There are only ________ bananas left in the box.
A
a little
B
a few

Slide 19 - Quiz

I have got ________ good friends.
A
a few
B
a little

Slide 20 - Quiz

There was ___________ snow on my bike this morning.
A
a few
B
a little

Slide 21 - Quiz

Can you give me ___________ more information?
A
a few
B
a little

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Slide

Zelfstandig werktijd
Wat: Maak de opdrachten over much, many, a little, a few, a lot  van je werkblad. 
Hoe: Individueel en in stilte
Hulp: Extra uitleg op blz. 127 uit je werkboek, als dat je niet helpt mag je zachtjes (fluisterend) je klasgenoot om hulp vragen.
Tijd: 10 minuten
Klaar: Maak 8, 9 en 10 op blz. 109 en 110 uit je werkboek of vorm zelf vijf zinnen waarin je de grammatica toepast in wat jij persoonlijk ervaart) Voorbeeld: I have a lot of homework of I have many friends.

timer
10:00

Slide 24 - Slide

Check the answers

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Wanneer gebruik je 'much'? Schrijf much op in een Engelse zin.

Slide 27 - Open question

Wanneer gebruik je 'many'? Schrijf many op in een Engelse zin.

Slide 28 - Open question

Wat is het verschil tussen 'a few' and 'a little'?

Slide 29 - Open question

Reward - Blooket
  • Login to Blooket and enter the pin-code you see on the  bord
  • Use your real name

Slide 30 - Slide

Goal-check
- Scan de exit-ticket en deel je mening over hoe je vond dat de les ging en wat er beter kon!




Link: https://exitticket.nl/ticket/euyki0hq

Slide 31 - Slide

Good work today :)

See you next week! Enjoy the rest of your day 

Slide 32 - Slide