wasmiddel

wasmiddel
1 / 14
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

wasmiddel

Slide 1 - Slide

Lesdoelen:
- je kent de belangrijkste ingrediënten van wasmiddel
- je kent de werking van deze ingrediënten.

Slide 2 - Slide

Welke stoffen die in wasmiddel zitten kunnen jullie al noemen?

Slide 3 - Open question

Ingrediënten
-surfactanten
-bleekmiddelen
- enzymen
-waterontharders
-optische witmakers
- geurstoffen
- vulstoffen
- conserveermiddelen

Slide 4 - Slide

surfactanten
Functie: verwijderen vuil en vetten
werking: verminderen oppervlaktespanning van water zodat het beter in stoffen dringt

Slide 5 - Slide

bleekmiddel
Functie: verwijderen 
Werking: Breken hardnekkige vlekken af (zoals wijn of gras).

Slide 6 - Slide

Waterontharders
 Functie: Voorkomen dat mineralen in hard water de werking van het wasmiddel belemmeren.


Slide 7 - Slide

Enzymen

Functie: Afbreken van specifieke vlekken (zoals eiwitten of vetten).
Werking: Werken als biologisch 'schaartje' dat grote moleculen in kleinere delen knipt.

Slide 8 - Slide

Optische witmakers
Functie: Laten kleding er witter uitzien.
Werking: Reflecteren UV-licht om een "helder" effect te creëren.

Slide 9 - Slide

Geurstoffen
Functie: Geven een frisse geur.
Werking: Maskeren onaangename geuren.

Slide 10 - Slide

Vulstoffen
 Functie: Zorgen voor de juiste consistentie


Slide 11 - Slide

Bleekmiddel wordt enkel aan wasmiddel toegevoegd voor het bleken van stoffen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quiz

Welke van onderstaande bestanddelen zorgt voor het verwijderen van vuil/vlekken?
A
Surfactanten
B
Vulstoffen
C
Enzymen
D
Bleekmiddelen

Slide 13 - Quiz

Conserveermiddelen zorgen voor de juiste consistentie
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quiz